Basistraining schrijven

Basistraining schrijven

als/dan

hen/hun/zij

u/uw

1 / 19
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Basistraining schrijven

als/dan

hen/hun/zij

u/uw

Slide 1 - Slide

Als/dan
De auto rijdt harder (..) hij wind mee heeft

Slide 2 - Open question

Als/dan
Kees is groter (..) zijn broers

Slide 3 - Open question

Als/dan
Anders (..) mijn zus houd ik wel van werken in de zorg

Slide 4 - Open question

Als/dan
De personeelstekorten zijn groter (..) gedacht

Slide 5 - Open question

Als/dan
Ik verdien lang niet zoveel geld (..) jij

Slide 6 - Open question

Als/dan
De Nederlandse taal is gemakkelijker (..) je denkt

Slide 7 - Open question

Hen/hun/zij
We hebben het (..) gegeven

Slide 8 - Open question

Hen/hun/zij
We zullen het cadeau morgen aan (..) geven

Slide 9 - Open question

Hen/hun/zij
Hebben (..) zoveel geld te besteden?

Slide 10 - Open question

Hen/hun/zij
Ik hoorde (..) al op de trap schreeuwen

Slide 11 - Open question

Hen/hun/zij
Ik geef (..) hen aan (..)

Slide 12 - Open question

Hen/hun/zij
(..) laat (..) een opdracht uitvoeren

Slide 13 - Open question

Hen/hun/zij
Het is (..) werk

Slide 14 - Open question

u/uw
We wachten (..) reactie af

Slide 15 - Open question

u/uw
We willen (..) bedanken voor (..) geduld

Slide 16 - Open question

u/uw
We hebben het (..) vorige week gevraagd

Slide 17 - Open question

u/uw
Wie regelt (..) zaken als (..) dat niet meer kunt?

Slide 18 - Open question

u/uw
Ik heb om (..) mening gevraagd

Slide 19 - Open question