Omtrek en oppervlakte
1 / 31
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Wat is een omtrek?
Slide 2 - Open question
Slide 3 - Slide
Wat is de omtrek?
Slide 4 - Open question
Wat is de omtrek?
Slide 5 - Open question
Slide 6 - Slide
Welke eenheden zijn er?
Slide 7 - Open question
Slide 8 - Slide
10 m = ...... cm
Slide 9 - Open question
450 dm = ...... dam
Slide 10 - Open question
0,7 km = ........ mm
Slide 11 - Open question
80 mm = ...... m
Slide 12 - Open question
Slide 13 - Slide
Hoe reken je een oppervlakte uit?
Slide 14 - Open question
Slide 15 - Slide
Wat is de oppervlakte?
(vergeet de eenheid niet)
(vergeet de eenheid niet)
Slide 16 - Open question
Wat is de oppervlakte?
(vergeet de eenheid niet)
(vergeet de eenheid niet)
Slide 17 - Open question
Wat is de oppervlakte?
(vergeet de eenheid niet)
(vergeet de eenheid niet)
27 cm
40 cm
Slide 18 - Open question
Slide 19 - Slide
1500 m2 = ...... dm2
Slide 20 - Open question
1 mm2 = ........ m2
Slide 21 - Open question
100.000 hm2 = ........m2
Slide 22 - Open question
Slide 23 - Slide
Hoe reken je een inhoud uit?
Slide 24 - Open question
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Bereken de inhoud
(vergeet de eenheid niet)
(vergeet de eenheid niet)
Slide 28 - Open question
Bereken de inhoud
(vergeet de eenheid niet)
(vergeet de eenheid niet)
Slide 29 - Open question
Bereken de inhoud
(vergeet de eenheid niet)
(vergeet de eenheid niet)
cm
cm
cm
