Latino King

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Latino King

Wat betekent volgens jou de titel van het boek "Latino King"?

Hoe heet het hoofdpersonage van Latino King

1. Castel
2. Rocky
3. Cola
4. Kleineman

H1: Wat is waar over het uiterlijk van Rocky?

1. Je zag een oog. Het andere was dichtgeslagen.
2. Je zag een half gezicht. De rest was bont en blauw geslagen.
3. Je zag drie tanden. De rest was eruit geslagen.
4. Je zag een kapotte lip. De tanden waren erdoorheen geslagen.

H2: Waar speelde de droom van Castel zich af?

1. in een vliegtuig
2. in een trein
3. in een bus
4. op de fiets

H3: Castel haalt uit naar Rocky als Rocky hem tegen de muur houdt en "slaat zijn tanden uit zijn bek." Wat zegt Rocky dan tegen Castel?

1. "Ik ga het je betaald zetten, Baby."
2. "Ik ga jou schoppen, Baby."
3. "Ik ga ervoor zorgen dat niemand je meer mag. Baby."
4. "Jij gaat het hier ver schoppen, Baby."

H4: Kleineman maakt een ontsnappingsplan voor Castel. Vanuit waar moet hij ontsnappen?

1. vanuit de gevangenis
2. vanuit de ambulance
3. vanuit La Victoria
4. vanuit het ziekenhuis

H5: Waarom vermengt Castel zijn product?

H7: Wat valt volgens Castel onder een misdaad?

1. alcohol drinken en drugs gebruiken
2. iemand pijn doen, beroven, iemand angst aanjagen
3. dealen, alcohol drinken en drugs gebruiken
4. dealen, iemand pijn doen, beroven en iemand angst aanjagen

H8: "Alles in mijn kop begon te schreeuwen: Doe het niet! Ga weg!" Waarom doet Castel het toch?

1. Hij werd onder schot gehouden.
2. Hij vond geld belangrijker.
3. Hij raakte helemaal verlamd.
4. Hij zat al in het vliegtuig.

H9: Hoe komt het dat Castel wordt gepakt?

1. Castel heeft een te strakke broek aan.
2. Castel gedraagt zich nerveus.
3. De anti-hondenspray werkte niet.
4. Er valt drugs uit Castels broek.

H11: Bij aankomst op het gevangenisterrein werden de gevangenen in een rij gezet. Waarom?

1. Iedereen werd gecontroleerd op drugs.
2. Iedereen werd gecontroleerd op geld.
3. Iedereen werd om beurten geslagen.
4. Iedereen moest hardop zeggen waarvan ze werden beschuldigd.