En of het verhaal van Romulus en Remus waar is....?
In 117 na Christus was het Romeinse Rijk op zijn grootst. Toen besloten de keizers om geen gebieden meer te veroveren.
Mare Nostrum, onze zee. Zo noemden de Romeinen de Middellandse Zee.
Germania, zoals onze streek door de Romeinen werd genoemd, bestond uit: Germania Inferior (Laag Germanië) en Germania Superior (Hoog Germanië).
Gallia (Gallië), het huidige Frankrijk, werd door Julius Caesar veroverd. Zijn aanzien steeg hierdoor enorm. De hele oorlog kostte het leven aan meer dan een miljoen Galliërs, en nog een miljoen werden tot slaaf gemaakt. Caesar heeft de oorlog beschreven in het boek Verslagen over de Gallische Oorlog, waarin hij hier en daar wel een beetje overdrijft...vooral over zichzelf.
Met de verovering van Egypte hadden de Romeinen hun voedseltekort in delen van het Romeinse Rijk opgelost: het land werd de graanschuur van Rome.
Slide 2 - Slide
Germanen
De Romeinen noemen de volken die aan hun noordgrenzen wonen Germanen. Het meisje van Yde was ook zo'n Germaan.
Slide 3 - Slide
Limes
Romeinen maken vaak gebruik van natuurlijke grenzen zoals: zeeën, rivieren, bergen en woestijnen.
Maar als het nodig is bouwen ze een versterkte grens met wachttorens en forten. Zo'n grens heet limes.
Slide 4 - Slide
De Limes in Nederland
In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn.
Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.
Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Slide 5 - Slide
De Limes in Nederland
In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn. Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.
Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Bij Nijmegen (Noviamagus) en Xanten (Castra Vetera) lagen castra. Een castra is een groot fort, meestal voor een legioen. Dit was een leger van ongeveer 6000 soldaten.
Bij Utrecht (Trajectum) lag een castellum. Een castellum is een klein fort, meestal voor een cohort. Dit was een leger van ongeveer 600 soldaten.
De wachttoren die je bij de vorige slide zag, stond bij Vechten (Fectio)
De Tubanten (Tubanti) waren Germanen die in het oosten van het huidige Nederland woonden. De naam kom je tegenwoordig in dit gebied nog regelmatig tegen: de naam Twente is er van afgeleid, net als de naam van de regionale krant Tubantia.
De Bataven woonden in het gebied rond de grote rivieren. Dit gebied heet tegenwoordig de Betuwe, en vermoedelijk komt de naam van de Bataven
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Forum Hadriani
- 50 n. Chr. - Handelspost (route Rijn (Leiden) - Maas (Naaldwijk)
- 121-122 - Keizer Hadrianus bezoekt de noordelijke limes en bezoekt ook de post
- Geeft de post stadsrechten en naam Forum Hadriani
Slide 8 - Slide
De Limes in Nederland
In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn. Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.
Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Reconstructie van het mini-castellum bij Den Haag
Slide 9 - Slide
De Limes in Nederland
In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn. Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.
Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Reconstructie van Castra Noviomagus (Nijmegen)
Slide 10 - Slide
Romeinen in Nederland
De Romeinse tijd (58 v. Chr. - ±400 n. Chr) is een belangrijke periode voor ons gebied.
Zo nemen de Romeinen ijzer mee, dat handig is als gereedschap, maar ook het schrift.
Hiermee eindigt ook bij ons de prehistorie en begint de historie.
Slide 11 - Slide
Romanisering
Het contact tussen de mensen in deze streek en de Romeinen is intensief.
Dat is ook niet zo vreemd: de Romeinen zijn hier ruim 400 jaar, en door handel en huwelijken worden gebruiken overgenomen.
Het overnemen van Romeinse gebruiken (taal, kleding, cultuur) heet romanisering
Reconstructie van een Villa Rustica
Slide 12 - Slide
Rijke en machtige mensen gaan zich steeds meer gedragen als Romeinen: ze kleden zich als Romeinen, spreken de taal en laten 'Romeinse' huizen bouwen. Dit is een Villa Urbana in West-Europa
Slide 13 - Slide
Leven onder de Romeinen
De Romeinen laten de overwonnen volken vaak hun gebruiken en godsdienst houden.
En zolang de volken belasting betalen (o.a. door soldaten voor de hulptroepen te leveren), zijn er weinig problemen: precies wat de Romeinen willen.
Slide 14 - Slide
Romeinen in West-Europa
In alle landen die de Romeinen veroveren, bouwen ze Romeinse gebouwen, waarvan je er tegenwoordig nog steeds veel kunt bezoeken.
Hierdoor zijn archeologen ook veel te weten gekomen van de Romeinse techniek.
Slide 15 - Slide
Pont du Gard (Frankrijk) is een Romeins aquaduct dat later is uitgebreid tot brug.
Aquaduct
Slide 16 - Slide
De Arena van Nîmes (Frankrijk) is een amfitheater, gebouwd tussen 50 en 100 na Chr. en geïnspireerd op het Colosseum in Rome.
Het wordt tegenwoordig nog steeds gebruikt voor concerten en stierengevechten.
Amfitheater
Slide 17 - Slide
In dezelfde stad, Nîmes, is ook deze tempel te vinden. Het Maison Carrée, zoals het tegenwoordig heet, is een van de best bewaarde Romeinse tempels die men kan vinden op het grondgebied van het voormalige Romeinse Rijk.
Tempel
Slide 18 - Slide
M3 - Romeinen
Les 3 - Het christendom
Slide 19 - Slide
Koninkrijk?
De stadstaat Rome is ooit een koninkrijk geweest,
hoewel daar erg weinig over bekend is.
En of het verhaal van Romulus en Remus waar is....?
In 117 na Christus was het Romeinse Rijk op zijn grootst.
In 63 v. Chr. veroverden de Romeinen de streek Palestina. Hier woonden vooral joden. Zij geloven in één god. Dit heet: monotheïsme (monos=enkel, theos=god).
De joden geloofden dat een verlosser hen zou bevrijden van al het kwaad, dus misschien ook wel van de Romeinen.
Romeinen geloven in meerdere goden. Dit heet: polytheïsme (poly=meer, theos=god). Overwonnen volken mogen hun eigen goden houden, zolang ze de belangrijkste Romeinse goden ook vereren. De Romeinen nemen op hun beurt ook weer Goden van andere volken over.
Slide 20 - Slide
Jezus van Nazareth
Jezus is een Joodse man die rondreist in de streek Palestina en vertelt dat God goede mensen beloont en slechte mensen straft.
Jezus krijgt veel aanhangers.
De Romeinen vinden hem daarom gevaarlijk. Ze nemen hem gevangen en kruisigen hem, de straf voor een opstandige slaaf.
Slide 21 - Slide
Heeft Jezus echt bestaan?
Historici vermoeden van wel, hoewel er over het leven van Jezus geen (geschreven) bronnen zijn.
Ook de Romeinen hebben niets opgeschreven over deze persoon.
Alles wat wij van hem weten is (ongeveer 50 jaar) later opgeschreven, bijvoorbeeld in de Bijbel (Nieuwe Testament).
Slide 22 - Slide
Christenen
De volgelingen van Jezus noemen zichzelf christenen.
Deze naam komt van Christus, dat 'gezalfde' betekent.
Jezus wordt door zijn volgelingen zo genoemd.
Zij geloven in de woorden die Jezus (via zijn leerlingen) aan hen heeft gegeven: 'Iedereen is gelijk voor God en voor ieder goed mens is er een plek in de hemel'.
Slide 23 - Slide
Christenen in het Romeinse Rijk
Het Christendom verspreidt zich snel in het Romeinse Rijk.
De goede wegen en de aantrekkingskracht van het geloof (gelijkheid in de hemel, mysterieus en interessant) zorgen ervoor dat veel mensen christen worden.
Christenen gebruikten zelden het kruis als symbool. Ze gebruikte liever het Chi Rho-teken: de eerste twee letters van de naam Christus in het Grieks. De twee letters naast het teken zijn de alpha (α) en de omega (Ω): de eerste en laatste letter van het Griekse alfabet. Hiermee gaven ze aan dat Jezus het begin en het einde was.
Slide 24 - Slide
Christenen in het Romeinse Rijk
Het Christendom verspreidt zich snel in het Romeinse Rijk.
De goede wegen en de aantrekkingskracht van het geloof
zorgen ervoor dat veel mensen christen worden.
De verspreiding van het Christendom in het Romeinse Rijk.
Verspreiding rond het jaar 75.
Verspreiding rond het jaar 200.
Verspreiding rond het jaar 300.
Verspreiding rond het jaar 400.
Slide 25 - Slide
Christenvervolging
Maar christen zijn in het Romeinse Rijk is levensgevaarlijk!
Net als het Jodendom geloven de christenen maar in één god, en dat is niet de Romeinse keizer!
De Romeinse keizers laten daarom de christenen vervolgen en doden...
Onder sommige Romeinse steden bevonden zich catacomben waarin christenen (maar ook Joden) hun doden begroeven.
Veel van deze catacomben zijn mooi versierd met christelijke muurschilderingen.
De catacomben werden soms ook gebruikt voor kerkdiensten, omdat het boven de grond te gevaarlijk was om openlijk voor je geloof uit te komen.
Slide 26 - Slide
Christenvervolging
Maar christen zijn in het Romeinse Rijk is levensgevaarlijk!
Net als het Jodendom geloven de christenen maar in één god,
en dat is niet de Romeinse keizer!
De Romeinse keizers laten daarom de christenen vervolgen en doden...
Voor de leeuwen gooien, was een gebruikelijk doodstraf voor christenen tijdens hun vervolgingen in het Romeinse Rijk.
Het moet een gruwelijk spektakel zijn geweest, maar wat vooral indruk op de toeschouwers maakte was dat de christenen soms niet gingen vechten met de leeuwen, maar bidden tot hun god.
De toeschouwers waren verbijsterd, maar ook nieuwsgierig: als je toch zoveel vertrouwen in je god hebt, dan moet het wel een hele goede god zijn.
Slide 27 - Slide
Christenvervolging
Maar christen zijn in het Romeinse Rijk is levensgevaarlijk!
Net als het Jodendom geloven de christenen maar in één god,
en dat is niet de Romeinse keizer!
De Romeinse keizers laten daarom de christenen vervolgen en doden...
Keizer Nero was één van de felste tegenstanders van de christenen. Hij gaf hen de schuld van de grote brand van Rome (die hij vermoedelijk zelf had laten stichten) en liet hen op de meest gruwelijke manieren aan hun eind komen.
Dit is een schilderij uit de 19e eeuw: Nero kijkt naar het lichaam van een christen die zojuist om het leven is gebracht.
Slide 28 - Slide
Rond het jaar 100 schreef de Romeinse historicus Tacitus:
‘In 64 was er een grote brand: de helft van Rome
brandde af. Al gauw werd verteld dat keizer Nero
de brand had laten aansteken, omdat hij ruimte nodig
had voor een nieuw paleis. Daarom gaf Nero de
christenen de schuld. Hij liet hen zwaar straffen.
Zo kregen zij beestenvellen aangetrokken om door
wilde honden verscheurd te worden, of ze werden
gekruisigd, of ze werden door vuur gedood: aan het
eind van de dag werden ze aangestoken om te dienen
als straatverlichting.’
Slide 29 - Slide
Constantijn de Grote
Christenen zijn ruim 3 eeuwen vervolgd in het Romeinse Rijk.
Door Constantijn de Grote komt daar een einde aan: kort voor een veldslag zou hij in een visioen een teken hebben gezien met daarbij geschreven de woorden dat de god van de christenen hem de zege belooft.
Hij won de veldslag en werd christen...
Constantijn de Grote ziet een christelijk teken. Gravure uit de 17e eeuw.
Slide 30 - Slide
...vermoedelijk was de werkelijkheid iets anders: er braken steeds meer rellen uit tussen christenen en Romeinen.
Constantijn bedacht de oplossing: godsdienstvrijheid voor de christenen.
Hij werd zelf pas christen vlak vóór zijn dood.
Een standbeeld van Constantijn de Grote, of eigenlijk Flavius Valerius Aurelius Constantinus. De naam 'de Grote' heeft niets te maken met zijn lengte of het feit dat hij een goede keizer was. Het is een titel die de christelijke kerk aan hem heeft gegeven voor zijn bijdrage aan het christendom.
Slide 31 - Slide
Staatsgodsdienst
In 380 gebeurt er iets bijzonders: keizer Theodosius verplicht iedereen om christen te worden.
Het christendom wordt staatsgodsdienst en alle andere godsdiensten worden verboden.
Iedereen die niet christen is wordt vervolgd en hij verbiedt de Olympische Spelen, omdat ze niet christelijk zijn.
Romeinse munt met het hoofd van Theodosius I de Grote