hoe leer je nask? termen en afbeeldingen

Leren leren
1 / 31
next
Slide 1: Slide
RekenenMiddelbare schoolvmbo b, k, tLeerjaar 1,2

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Leren leren

Slide 1 - Slide

2a
Welkom
telefoon  in de bak
 zoek je eigen plek op
pak je spullen 
Wordt stil.


timer
2:00
stopwatch
00:00

Slide 2 - Slide

2b
Welkom
telefoon  in de bak
 zoek je eigen plek op
pak je spullen 
Wordt stil.


timer
1:00
stopwatch
00:00

Slide 3 - Slide

2c
Welkom
telefoon  op tafel
 zoek je eigen plek op
pak je spullen 
Wordt stil.


timer
2:00
stopwatch
00:00

Slide 4 - Slide

2d
Welkom
telefoon  in de bak
 zoek je eigen plek op
pak je spullen 
Wordt stil.


timer
2:00
stopwatch
00:00

Slide 5 - Slide

2e
Welkom
telefoon  in de bak
 zoek je eigen plek op
pak je spullen 
Wordt stil.


timer
2:00
stopwatch
00:00

Slide 6 - Slide

2f
Welkom
telefoon  in de bak
 zoek je eigen plek op
pak je spullen 
Wordt stil.


timer
2:00
stopwatch
00:00

Slide 7 - Slide

2g
Welkom
telefoon  in de bak
 zoek je eigen plek op
pak je spullen 
Wordt stil.


timer
1:00
stopwatch
00:00

Slide 8 - Slide

Programma
Hoe leer je woordjes? 
uitleg en oefenen

Slide 9 - Slide

Woordjes leren

Slide 10 - Slide

Hoe leer je nu woordjes?

Slide 11 - Mind map

Online nask leren

https://studygo.com/nl/oefenen/vakken/nask-oefenen/

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Flapmethode
1. Vel dubbelvouwen.
2. links woordjes, rechts antwoorden. 
3. Vel naar achteren vouwen.  4. Oefenen met woordjes. 

Slide 14 - Slide



Oefen met de termen uit 5.1 en 5.2
blz. 82 t/m 95


Slide 15 - Slide

Oefenen 1
schrijf de woordjes in de eerste kolom

blz. 82 t/m 95 (bk)
blz. 104 t/m 115 (kgt)

Slide 16 - Slide

Oefenen 2
schrijf in de 2e kolom de betekenis achter de woordjes

blz. 82 t/m 95 (bk)
blz. 104 t/m 115 (kgt)

Slide 17 - Slide

Oefenen 3
Vouw je blaadje zo dat je de betekenissen niet ziet.
schrijf nu zonder op te zoeken de betekenis in een lege kolom.
als je een betekenis niet weet zoek je hem op

Slide 18 - Slide

Oefenen 4
Vouw je blaadje zo dat je de betekenissen niet ziet.
schrijf nu zonder op te zoeken de betekenis in een lege kolom.
als je een betekenis niet weet 
zet je een kruisje bij het woord
zoek je hem op

Slide 19 - Slide

celdeling

Slide 20 - Mind map

genotype

Slide 21 - Mind map

lichaamscel

Slide 22 - Mind map

geslachtschromosoom

Slide 23 - Mind map

fenotype

Slide 24 - Mind map

dochtercel

Slide 25 - Mind map

Oefenen 5
Vouw je blaadje zo dat je de betekenissen niet ziet.
schrijf nu zonder op te zoeken de betekenis in een lege kolom.
als je een betekenis niet weet 
zet je een kruisje bij het woord
zoek je hem op.
herhaal dit totdat je de woordjes kent

Slide 26 - Slide

Kaartjes
1. Kleine kaartjes.
2. schrijf aan de ene kant de woordjes, op de andere kant de antwoorden.
3. Oefen de kaartjes.
4. 2 stapels: goed en nog niet goed.

Slide 27 - Slide

Tekeningen
1. Tekeningen.
2. Oefen de tekeningen.
kan ook met veiligheid symbolen 

Slide 28 - Slide

Tekeningen
1. knip de symbolen los van elkaar.
2. schrijf op de achterkant de betekenis
3. Oefen de symbolen.
4. 2 stapels: goed en nog niet goed.

Slide 29 - Slide

Overhoren
als je denkt dat je het kent 
Laat je je verhoren, in tweetallen.

Slide 30 - Slide

Wat heb je geleerd?

Slide 31 - Slide