2.4 Negatieve getallen Theorie C + D

2.4 Negatieve getallen
Les 13 oktober
1 / 25
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

2.4 Negatieve getallen
Les 13 oktober

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
- Waten wat het tegengestelde van een getal is
- Negatieve getallen kunnen optellen

Slide 2 - Slide

Programma 13 oktober
- Voorkennis check 2.4 Theorie A + B
- Zelfstandig aan het werk
- Theorie-uitleg 2.3 Theorie C + D
- Zelfstandig aan het werk

Slide 3 - Slide

Zelfstandig aan het werk

Slide 4 - Slide

Aan de slag!
Wat?
Opgaven uit periodeplan
Hoe?
Individueel of in tweetallen
Hulp?
Theorie nogmaals lezen
Buurman/Buurvrouw
Docent
timer
15:00

Slide 5 - Slide

Negatieve getallen

Slide 6 - Slide

Negatieve getallen

Slide 7 - Slide

timer
0:30
-23 ...... -22,5
-8 .... -13
>
<

Slide 8 - Drag question

-18 + 11 =
timer
0:15
A
-29
B
-7

Slide 9 - Quiz

-36 - 15 =
timer
0:15
A
-21
B
-51

Slide 10 - Quiz

Theorie C: Het tegengestelde van een getal

Slide 11 - Slide

Tegengestelde van een getal

Slide 12 - Slide

Het tegengestelde van een getal

Slide 13 - Slide

Welk getal is het tegengestelde
van -12?
timer
0:15

Slide 14 - Open question

Welk getal is het tegengestelde
van 670?
timer
0:15

Slide 15 - Open question

Theorie D: Negatieve getallen optellen

Slide 16 - Slide

Bereken 17 + - 4 =
timer
0:15
A
21
B
13

Slide 17 - Quiz

Negatieve getallen, de bewerkingen + en -

Met zonder jas naar buiten, betekent zonder jas.                 Dus + - = -
Niet zonder jas naar buiten, betekent met jas.                     Dus - - = +

Uitwerking:
-6+-2--5=              vervang +- en -- in een bewerking.
-6 -2 +5=               bereken, gebruik de volgorde van bewerkingen.
-8 + 5 = -3
  

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Bereken -14 - 25 =
timer
0:15

Slide 20 - Open question

Bereken -14 + - 9 =
timer
0:15
A
-23
B
-5

Slide 21 - Quiz

Bereken -25 ( 34 + - 18) =
timer
0:15

Slide 22 - Open question

Leerdoelen
- Waten wat het tegengestelde van een getal is
- Negatieve getallen kunnen optellen

Slide 23 - Slide

Zelfstandig aan het werk

Slide 24 - Slide

Aan de slag!
Wat?
Opgaven uit periodeplan
Hoe?
Individueel of in tweetallen
Hulp?
Theorie nogmaals lezen
Buurman/Buurvrouw
Docent

Slide 25 - Slide