Leven na de dood - H3 - hv5

• Godsdienst
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 5

Leven na de dood - H3

Lesdoelen

• Je kunt uitleggen waarom mensen moeten sterven volgens de Bijbel.
• Je kunt beschrijven hoe verschillende Bijbelgedeelten spreken over hemel en hel.

Doel van het leven:

Met welk doel/bestemming schiep God de mens?

"Het hoogste doel van de mens is om 

God te verheerlijken en zich eeuwig in

Hem te verheugen. "

"Om in liefdesrelatie te leven met hem."

Hoort de dood bij het leven?

Antwoord vanuit christelijk perspectief

Antwoord vanuit niet-christelijk perspectief

Lezen: artikel blz. 23 en maken keuzeopdracht 3.4 (blz. 22)

Klaar? Maak de portfolio-opdrachten:

3.2, 3.5, 3.6 en 3.8

3.C Ultieme bestemming

Bespreek de volgende vraag:

Welk beeld heb je bij het hiernamaals?

3.C Ultieme bestemming

• Hoop door Jezus' opstanding
• Eeuwig leven met God

1 Korinte 15

Dood, waar is je overwinning? Dood, waar is je angel?’ De angel van de dood is de ​zonde, en de ​zonde​ ontleent haar macht aan de wet. Maar laten we God danken, die ons door ​Jezus​ ​Christus, onze ​Heer, de overwinning geeft.

Hoop doet leven

Hoe verhouden hiernumaals en hiernamaals zich tot elkaar?

Ezechiël 33

Zeg tegen hen: “Zo waar ik leef – spreekt God, de HEER –, de dood van een slecht mens geeft me geen vreugde, ik wil dat hij een andere weg inslaat en in leven blijft. Kom toch terug van de heilloze weg die jullie zijn ingeslagen, keer om, want waarom zouden jullie sterven, volk van Israël?”

Perspectieven op de hel

Afwijzen van God als bestemming

1. De hel als eeuwige straf
2. Alverzoening: iedereen gaat naar de hemel
3. Het eeuwige niets
4. De hel als doorgangshuis

Hoopvol perspectief

• Nieuwe hemel en nieuwe aarde
• Eschatologie: 'leer van de laatste dingen'
  
• Wat gebeurt er in de eindtijd?
• Wederkomst van Jezus en opstanding van doden
• God doet recht -> oordeel
• Schepping -> herschepping

0

Portfolio

Verder werken aan portfolio:

• Hoofdstuk 1: 1.1; 1.2; 1.6; 1.7; 1.14; 1.15
  
• Hoofdstuk 2: 2.2; 2.3; 2.8
  
• Hoofdstuk 3: 3.2; 3.5; 3.6; 3.8