Reanimatie

Reanimatie
1 / 27
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Reanimatie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Hartproblemen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Meer risico op hartproblemen door:

- Roken
- Overgewicht
- Stress
- Erfelijkheid

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Hartstilstand
Bij een hartstilstand stopt het hart met kloppen. Je raakt dan bewusteloos. 
Na 4 tot 6 minuten raken je hersencellen beschadigd. Daarna ook de rest van de organen.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat als iemand een hartstilstand heeft?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Video

This item has no instructions

Stap 1: Controleer het bewustzijn

Vraag of het gaat en druk eens op de schouders. Krijg je geen reactie? Dan is de persoon buiten bewustzijn.

Blijf bij het slachtoffer en roep om hulp.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Stap 2: Bel 112
Bel 112, zet je telefoon op de luidspreker en leg hem naast je neer. Zo kun je luisteren en helpen tegelijkertijd.

Zet de mensen om je heen aan het werk. Laat ze een AED halen of de plek vrijhouden.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Stap 3: Controleer de ademhaling

Kantel het hoofd naar achteren. Kijk, luister en voel of de persoon ademt. 

Ademt de persoon niet of hapt hij naar adem? Ga dan verder naar de volgende stap.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Stap 4: Geef borstcompressies
Druk met je handen het borstbeen 6 cm in. Herhaal dit 30 keer in het tempo van het kinderliedje "hoedje van papier".

Diepte van de borstvompressies 5 a 6 cm

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Stap 5: Beademen
Na de borstcompressies kantel je het hoofd naar achteren, knijp je de neus dicht en beadem je de persoon zodat de borst omhoog gaat. Daarna houd je je oor bij de mond om te luisteren of hij uitademt.

Doe dit twee keer en geef daarna weer 30 borstcompressies.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Stap 6: AED
Als er een AED is, ontkleed je het bovenlichaam. Plak de stickers zoals aangegeven. De AED gaat dan aan en vertelt wat je moet doen.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Regels
- Oefen nooit op elkaar. Ook niet voor de grap. Bij een reanimatie kneuzen of breekt de patiënt vaak ribben.

- Reanimeer niet als iemand een penning of tatoeage heeft waar staat dat hij/zij dit niet wil.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Waarom wil iemand niet gereanimeerd worden?

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Quiz

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Je hebt een verhoogd risico op hartproblemen als je..
A
Doof bent
B
Strakke kleren draagt
C
Veel sport
D
Rookt

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Waarop ligt de nadruk bij reanimatie?
A
Beademen.
B
Borstcompressies.
C
Bewustzijn controleren.
D
Bloedsomloop controleren.

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Wat is GEEN rede om een reanimatie te stoppen?
A
Het slachtoffer geeft duidelijke tekenen van leven.
B
Je denkt dat het geen zin meer heeft.
C
Je bent volledig uitgeput.
D
Het ambulancepersoneel zegt dat je kan stoppen.

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Tijdens reanimatie maak je de luchtweg vrij door
A
stabiele zijligging
B
chin lift
C
Heimlich
D
beademing

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

bij reanimatie houd je aan
A
borstcompressies max 100/min en beademen max 5 sec
B
borstcompressies max 100/min, beademen max 10 sec
C
borstcompressies max 120/min, beademen max 5 sec
D
borstcompressies max 120/min, beademen max 10 sec

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn oorzaken van een reanimatie?
A
Verslikking/verstikking
B
Hartinfarct
C
Hartritmestoornis
D
Alle antwoorden

Slide 23 - Quiz

Andere oorzaken: lage bloeddruk, onderkoeling, klaplong, longembolie.
Hoe ga je als BIG-geregistreerde om met een niet-reanimatieverklaring?
A
Negeren en handelen
B
Respecteren
C
Niet op letten
D
Nooit aan gedacht

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Hoe lang duurt het bij een hartstilstand tot je hersenschade oploopt?
A
1 minuut
B
2 tot 4 minuten
C
4 tot 6 minuten
D
10 minuten

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Hoeveel borstcompressies moet je geven bij het reanimeren?
A
10
B
20
C
30
D
40

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Wat heb je geleerd?

Slide 27 - Slide

This item has no instructions