Writing an informal email A1-A2

Informal Email
Leerdoel: aan het eind van deze les weet ik hoe een informele email eruit ziet en welke onderdelen er in thuis horen. 

1 / 25
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Informal Email
Leerdoel: aan het eind van deze les weet ik hoe een informele email eruit ziet en welke onderdelen er in thuis horen. 

Slide 1 - Slide

Informal vs. Formal
Type
Informal letters and emails
Formal letters and emails
Writing to
- Friends
- Family members
- People we don't know
- Bosses or managers

Slide 2 - Slide

Zet in de goede volgorde: 
  1. Write back soon and tell me about your family. 
  2. Lucy
  3. Hey Jo, 
  4. My name is Lucy. Let me tell you a little about myself and my family.  I have two brothers and one sister. I am the oldest. ...
  5. Take care, 

Slide 3 - Slide

Hey Jo, 

I hope you are well. My name is Lucy. Let me tell you a little about myself and my family. I have two brothers and one sister. I am the oldest.  

Write back soon and tell me about your family. 

Take care, 
Lucy. 
5

Slide 4 - Slide

1 Aanhef
Hi, Hello, Hey, Dear [name]
2 Beantwoord vragen
I Hope you are well. I am fine/okay. How are you?
Thanks for your email. It was good to hear from you. 
3 Vertel meer over het onderwerp
Bijv: Something bad happened! I have broken my leg and cannot walk. It doesn't hurt as much as before. They put a cast on my leg, so I cannot move a lot. etc....
4 Afsluitende  zin
Write back soon!  Keep in touch. See you soon. 
Give my regards to your family. 
I hope to hear from you soon.  etc. 

5 Afsluiting 
All the best, Take care, Talk later, See you! All the best, Have a good weekend,  Love, Hugs, Hugs and kisses, 
[name]

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Opdracht 
  1. Schrijf nu zelf een briefje aan iemand die je kent (nog niet zo goed). 
  2. Vertel iets over je familie, waar je woont en school. 
  3. Zorg dat de 5 onderdelen erin zitten (aanhef, afsluiting etc.) 
  4. Gebruik 70-100 woorden. (meer mag, minder niet) 


Slide 7 - Slide

Beoordeling
  • aantal woorden (genoeg?)
  • inhoud (is de opdracht volbracht) 
  • leestekens (hoofdletter, punten, komma's)
  • verbindingswoorden (and, because, then, though etc) 
  • grammatica (woordvolgorde, juiste werkwoordsvorm etc) 
  • spelling 
  • lay out (alinea's, witregels) 


Slide 8 - Slide

Leerdoelen 

Aan het eind van deze les: 
  • ken ik een paar valkuilen 
  • weet ik wanneer ik hoofdletters, komma's en punten moet gebruiken

Slide 9 - Slide

Hoofdletters
  • begin van de zin
  • namen van personen
  • geografische namen 
  • dagen van de week, maanden van het jaar
  • Ik = I    ( dus niet i) 

Slide 10 - Slide

Komma's 
  • na de aanhef 
  • na de afsluiting 
  • bij een opsomming

Slide 11 - Slide

Punten.
Aan het eind van een zin.

Slide 12 - Slide

Veelgemaakte fouten 
then - than 
white - with - which - witch 
they're - there - their 
too - to 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Beoordeling
  • aantal woorden (genoeg?)
  • inhoud (is de opdracht volbracht) 
  • leestekens (hoofdletter, punten, komma's)
  • verbindingswoorden (and, because, then, though etc) 
  • grammatica (woordvolgorde, juiste werkwoordsvorm etc) 
  • spelling 
  • lay out (alinea's, witregels) 


Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

How do you start an informal email?
A
Goodmorning-afternoon-evening
B
Dear + name
C
Hi, hello, hey + name
D
No name

Slide 17 - Quiz

The correct way to start a formal email?
A
YOOOOO!!!
B
Hey dude!
C
Dear ........
D
What's up???

Slide 18 - Quiz

Writing a formal email could be to a/my
A
cousin
B
company
C
grandparents
D
teacher

Slide 19 - Quiz

What do you know about an informal email?

Slide 20 - Mind map

Peer feedback - Exchange your email with your neighbor. How many points does your classmate score? Why?
Aantal punten
1p
Salutation, closing sentence + proper ending
juiste aanhef en juiste afsluiting
2p
Grammar
correcte zinnen (woordvolgorde), tijden, lidwoorden etc.
1p
Punctuation (interpunctie) Does each sentence start with a capital? 
interpunctie
Does each sentence start with a capital? 
2p
Task - Have you covered all topics you want to write about? ( Inhoud elementen)
Heb je alles genoemd wat in de opdracht staat?
1p
Spelling
Correcte spelling van woorden.
1p
Aantal woorden
1p
Taalgebruik (formeel of informeel)
1p
Alinea's en witregels

Slide 21 - Slide

you should …
you shouldn’t …
read the question/task carefully.
sound ‘chatty’ like you’re talking to a friend.
miss out any of the necessary information.
use a formal beginning and ending. 
write more than the word limit

Slide 22 - Drag question

Is dit doel wat jou betreft bereikt?
Aan het einde van de les weet je hoe je een correcte e-mail opstelt
A
Ja! Dit weet ik.
B
Nee. Dit is voor mij niet duidelijk geworden.

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Link

Slide 25 - Video