Doelen 3 en 4

-6 knikkers
: 5
1 / 19
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

-6 knikkers
: 5

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Schrijf korter:
11 + 5 x r - 3 x r = k
herhalen

Slide 3 - Open question


Slide 4 - Open question


Slide 5 - Open question

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide


Welke vergelijking hoort bij deze balans?
A
3+k = 10
B
3k = 36
C
3k = 12
D
k = 36

Slide 8 - Quiz

Welke vergelijking hoort bij deze balans?
Gebruik voor de kazen de letter k.

Slide 9 - Mind map

Als ik aan de linkerkant 3kg weghaal, hoeveel moet ik dan aan de rechterkant weghalen? 
De weegschaal MOET in evenwicht blijven!

Slide 10 - Mind map

Als ik aan beide kanten 3kg heb weggehaald, welke vergelijking blijft er dan over? 
 

Slide 11 - Mind map

Nu zonder weegschaal :)

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Kleinste aantal letters weghalen -->  3a of 9a, dus beide kant -3a

Aan de kant waar letters en cijfers staan de cijfers weghalen, dus +12
Delen door het cijfer wat voor de letter staat, dus :6

Slide 15 - Slide

Kleinste aantal letters weghalen -->  3p of -2p, dus beide kant +2p

Aan de kant waar letters en cijfers staan de cijfers weghalen, dus -32
Delen door het cijfer wat voor de letter staat, dus :5

Slide 16 - Slide

6t + 7 = -9t + 37 
15t + 7 =       +37
15t        =      +30
t       =         2
+ 9t
:15
- 7
+ 9t
- 7
:15

Slide 17 - Drag question





  • Ga aan de slag met je doelen.
  • Op eigen tempo aan het werk 
  • Bij elk doel horen O-opdracht als je het doel nog niet gehaald hebt,
  • U-opdrachten als je het doel gehaald hebt 
  • E-opdrachten als afsluiting van het doel.
  • Zelf je werk serieus nakijken en verbeteren en leren van je fouten!!!









1) Hoe werk je met gelijksoortige termen?

2) Hoe schrijf je formules korter?
3) Hoe los je vergelijkingen op met een balans?
4) Hoe los je door links er rechts van het = teken hetzelfde te doen een vergelijking op?
5) Wat wordt er bedoeld met het omslagpunt?
6) Hoe bereken je de eerste coördinaat van het omslagpunt?





Slide 18 - Slide

Donderdag 6 april af!!!

Slide 19 - Slide