10.4 Voortplanting met bloemen

10.4 Voortplanting 
met bloemen
1 / 29
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

10.4 Voortplanting 
met bloemen

Slide 1 - Slide

Doelen van deze les
Je leert:
waarvoor een plant bloemen heeft
hoe stuifmeelkorrels en eicellen bij elkaar komen
hoe vruchten en zaden ontstaan
hoe planten hun zaden verspreiden

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

De stamper bestaat uit:
stempel
stijl
vruchtbeginsel

Slide 6 - Drag question

De eicellen liggen in:
A
de stempel
B
de stijl
C
het vruchtbeginsel

Slide 7 - Quiz

De meeldraad bestaat uit:
helmdraad
helmknop

Slide 8 - Drag question

Mannelijke onderdeel van de bloemplant
Vrouwelijke onderdeel van de bloemplant
Stamper
Meeldraad
Stuifmeelkorrels

Slide 9 - Drag question

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

In welk van deze gevallen spreken we van 'bestuiving'
A
geen
B
alleen 3
C
alleen 1 en 2
D
1, 2 en 3

Slide 14 - Quiz

Mensen met hooikoorts zijn allergisch voor stuifmeelkorrels.
Van welke planten komen deze stuifmeelkorrels?
A
windbloemen
B
insectenbloemen
C
zowel wind- als insectenbloemen
D
alleen van gras

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Slide


In een tomaat zitten soms wel 20 zaden. Hoeveel stuifmeelbuizen zijn door de stamper naar beneden gegroeid?
A
1
B
10
C
20
D
2

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Slide

Het zaadje

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Zaadverspreiding door de wind

Slide 21 - Slide

Zaadverspreiding door dieren

Slide 22 - Slide

Zaadverspreiding door de plant zelf
(zie video op de volgende slide)

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Link


Juist of onjuist?
Een paardenbloem is een windbloeier.
A
juist
B
onjuist

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Link

10.4
Maken en nakijken opdrachten 

Slide 29 - Slide