METEN!

• Rekenen
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Hoe hoog was de viaduct waar de vrachtauto onder door wilde rijden?

1. 2 meter
2. 2,5 meter
3. 3,6 meter
4. 3,8 meter

Wat weet je nu over de hoogte van de vrachtauto?

1. Die is hoger dan 3,6 meter
2. Die is lager dan 3,6 meter
3. Die is precies 3, 60

Doel van de les. Wat gaan we vandaag leren?

Je gaat leren wat het verschil is tussen millimeters en centimeters en we gaan meten met meter en kilometer.

Ook ga je leren over verschillende begrippen die te maken hebben met METEN. 

Waarom is het belangrijk om te goed en nauwkeurig te kunnen meten?

Gebruiken we ook meten bij Koken?

1. Ja
2. Nee

Millimeter en Centimeter

Meten is Weten!

Geheime tip! Ssssttt, niet doorvertellen!

De dikte van je duim is ongeveer 1 centimeter. Zo kan je altijd (ongeveer) meten hoe lang iets is. 

Een millimeter is KLEINER dan een centimeter

Meten is Weten

We rekenen in ieder geval met:

MILLIMETER

CENTIMETER
METER
KILOMETER

Wat is de lengte van een gewone pen?

1. 15 millimeter
2. 15 centimeter
3. 15 meter
4. 15 kilometer

Hoe hoog is het reuzenrad in attractiepark Slagharen?

1. 50 millimeter
2. 50 centimeter
3. 50 meter
4. 50 kilometer

Hoe breed is een potloodpunt ongeveer?

1. 1 millimeter
2. 1 centimeter
3. 1 meter
4. 1 kilometer

Vul het goede antwoord in:
Een tablet is 25 .... lang
Kies uit: Millimeter (mm) Centimeter (cm) Meter (m) of Kilometer (km)

De bank is 88 ..... hoog

1. Millimeter
2. Centimeter
3. Meter
4. Kilometer

Een voetbalveld is 105 .... lang

1. Millimeter
2. Centimeter
3. Meter
4. Kilometer

Meten is Weten! 

We gebruiken in dit hoofdstuk de volgende woorden: 

Hoogte

Breedte

Lengte

Diepte

Dikte

Meten is Weten!

Bijvoorbeeld:

De hoogte van de school is 6 meter

De breedte van de deur is 90 centimeter

De dikte van de plank is 3 centimeter

De lengte van Jamie is 165 centimer

De diepte van het zwembad is 1 meter

De ...... van de hijskraan is 50 meter.

1. Hoogte
2. Breedte
3. Dikte
4. Diepte

De ...... van het boek is 3 centimeter

1. Hoogte
2. Breedte
3. Dikte
4. Diepte

Vul in: De .... van het zwembad is 1 meter.

1. Hoogte
2. Breedte
3. Dikte
4. Diepte

De laatste vraag!
vul aan: Meten is......

1. stom!
2. eten!
3. moeilijk!
4. weten!