TOETS - Afvalscheiden en schoonmaken

Afvalscheiden
Schoonmaken
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Afvalscheiden
Schoonmaken

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

de schoonmaakregel is:
A
van vuil naar schoon
B
van schoon naar vuil

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

de schoonmaakregel is:
A
van boven naar beneden
B
van beneden naar boven

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Wat hoort niet in de papier en karton afval container?
A
Cadeau- en inpakpapier
B
Melkkartons (drinkpak)
C
Kranten,
D
Kassabonnen

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Toiletruimte schoonmaken: Om hygiënisch te werken, is het belangrijk dat je een goede werkvolgorde hanteert.  Zet de werkwijze in de goede volgorde.

1
2
3
4
De wc-bril schoonmaken.
De deurkruk schoonmaken.
De binnenkant van de wc-pot schoonmaken.
De wastafel of het fonteintje schoonmaken.

Slide 5 - Drag question

Het is belangrijk dat medewerkers bij het schoonmaken de juiste volgorde hanteren, omdat anders een oppervlak juist vuil wordt gemaakt. Werk dus altijd van schoon naar vuil. Gebruik schoonmaakmaterialen na een vuil gedeelte niet weer voor een schoner gedeelte. Sanitair is te onderscheiden in ‘schoon’ (wastafel, tegels) en ‘vuil’ sanitair (binnenkant toiletpot, lage tegels naast toilet).
Waar gooi je batterijen in?
De gooi je in de ……..
A
Grijze container
B
Prullenbak
C
Klein chemisch afvalbak
D
Textiel container

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

koelkast
pedaalemmers
Dagelijkse schoonmaak
Wekelijkse schoonmaak
Periodieke schoonmaak
Behandelruimte
kantoorruimte
toiletten

Slide 7 - Drag question

This item has no instructions

Je gaat een slaapkamer schoonmaken, wat is de goede volgorde van schoonmaken
opruimen 
ramen zemen 
vloer schoonmaken 
stof verwijderen 
bed verschonen 
1:
2:
3:
4:
5:

Slide 8 - Drag question

This item has no instructions

Groen afval
plastic afval
Klein chemisch Afval
Glas afval
rest afval
Soorten afval

Slide 9 - Drag question

This item has no instructions

Wat betekend afval scheiden?
A
Alle afval in 1 prullenbak gooien
B
Afval op de straat gooien
C
Het afval niet in 1 vuilnisbak doen
D
Alle afval in de glasbak gooien

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Wat hoort bij wat?
Slaapkamer stofzuigen
Schoonmaken met een doek waarin schoonmaak-
middel is verwerkt
Ramen wassen
Oppervlak reinigen met alcohol
Nat schoonmaken
Droog schoonmaken
Desinfecteren
Klamvochtig schoonmaken

Slide 11 - Drag question

This item has no instructions

Afval scheiden
A
Duurzaam
B
Niet duurzaam

Slide 12 - Quiz

  • Wat is afval scheiden?
  • Hoe kun je afval scheiden?
  • Wie doet dit thuis?
  • Doen we dit ook op school?
Wat is gft-afval?

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

Er zijn verschillende schoonmaakniveaus.
Welke hoort niet in het rijtje thuis?
A
Smetschoon
B
Huishoudelijk schoon
C
Brandschoon
D
Ruwschoon

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

1
2
3
4
Ramen zemen kozijnen schoonmaken
Vloer moppen. 
Spinrag van het plafond halen
Vensterbank schoonmaken
In welke volgorde ga je schoonmaken? 

Slide 15 - Drag question

This item has no instructions

Wat betekent het begrip
'ruwschoon' ?
A
het grove vuil verwijderen
B
hardhandig schoonmaken
C
klamvochtig schoonmaken
D
desinfecteren

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Ruwschoon
Welke ruimte hoort niet ruwschoon zijn.
A
De huiskamer
B
Een schuur
C
Een garage
D
Een kelder

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Een operatiekamer moet ruwschoon zijn
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

De drie reinheidsniveaus zijn:
A
ruwschoon, huishoudelijk schoon, smetschoon
B
best schoon, huishoudelijk schoon, smetschoon
C
ruwschoon, glimmend schoon, smetschoon
D
veegschoon, huishoudelijk schoon, smetschoon

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Waar gooi je een bananenschil
in?
A
Grijze container
B
Groene container
C
Textiel container
D
Papierbak

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Beschrijf in je eigen woorden wat recyclen is.

Slide 21 - Open question

This item has no instructions

Een reinigingsmiddel gebruik je om ......
A
aangekleefd vuil los te maken
B
een extra beschermlaag aanbrengen
C
micro-organisme doden
D
vette vlekken op te lossen

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

zet de afbeelding op het juiste soort schoonmaakmiddel.
reinigingsmiddel
oplosmiddel
onderhoudsmiddel
desinfecteermiddel

Slide 23 - Drag question

This item has no instructions