Oefening met werkwoordspelling

Het programma
lezen uit je boek
voorbereiden so
nakijken  en afmaken proeftoets
1 / 39
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 4-6

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Het programma
lezen uit je boek
voorbereiden so
nakijken  en afmaken proeftoets

Slide 1 - Slide

Koppelteken
Gebruik een koppelteken:
- in aardrijkskundige namen: Zuid-Afrika
- in samenstellingen met cijfers, letters en andere tekens:
70-jarige, vmbo-leerling
- Bij dubbele achternamen: Ernst Janssen-Steur
- bij een functie, rang of titel: assitent-bedrijfsleider
- in samenstellingen waarvan de beide delen gelijkwaardig zijn:
woon-werkverkeer, haat-liefdeverhouding
- in combinaties van niet-, non-, ex- en oud-, + een zelfstandignaamwoord:
niet-roker, non-stop, ex-collega, oud-medewerker.

Slide 2 - Slide

Het weglatingsstreepje

Slide 3 - Slide

Weglatingsstreepje:
Soms kun je een deel van een samengesteld woord weglaten, omdat dat deel wordt herhaald. Plaats dan een weglatingsstreepje:
Psychologie- en natuurkundestudenten.
Fiets-, werk- en taalvakanties.

Slide 4 - Slide

Dan krijg je:

Dinsdag- en woensdagavond ga ik sporten.


Fiets-, werk- en taalvakanties zijn best populair.

Slide 5 - Slide

1 Waar is het koppelteken juist gebruikt?
A
minijurk
B
mini-jurk

Slide 6 - Quiz

2 Wat is juist?
A
mee-ëten
B
mee-eten
C
meeëten
D
meëeten

Slide 7 - Quiz

3Waar is het koppelteken juist gebruikt?
A: 14 jarigen B: 14-jarigen
A
14 jarigen
B
14-jarigen

Slide 8 - Quiz

4 Typ de zin over en noteer het weglatingsteken:

Op die manier kun je exact bepalen welke deelnemer met een wiel- of neuslengte voorsprong heeft gewonnen.

Slide 9 - Open question

5 Noteer het weglatingsstreepje op de juiste plek:

wielerwedstrijden en hardloopwedstrijden

Slide 10 - Open question

6 Waar is het koppelteken juist gebruikt?
A
BMIwaarden
B
BMI-waarden

Slide 11 - Quiz

Nog eens:
7 wiellengte of neuslengte

Slide 12 - Open question

8 Wat is juist?
A
ex-roker
B
ex roker
C
exroker
D
ëxroker

Slide 13 - Quiz

 
Hoe sta jij ervoor met  
ww-
spelling?

Slide 14 - Slide

Toelichting
  • Denk aan de eerste stap: is het de PV JA of NEE.
  • Kies uit: dd-d-dt-t-tt (alle tijden dus, ook het voltooid deelwoord).
  • Kies voor tegenwoordige tijd als je niet uit de rest van de zin kunt afleiden of het tegenwoordige tijd of verleden tijd moet zijn.
  • Aan het eind van elke zin vind je tussen haakjes de infinitief van het werkwoord waarom het gaat.

Slide 15 - Slide

9 Laat hem maar even rustig zitten; over een half uurtje zal hij wel bedaar... zijn. (bedaren)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 16 - Quiz

10 De dief was op de gestolen fiets gevlucht, maar hij werd door een agent achterhaal... (achterhalen)

A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 17 - Quiz

11 Het bedroef... me zeer dat anderen goede sier willen maken met mijn verdiensten. (bedroeven)

A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 18 - Quiz

12 De politie gelas...e de betogers uiteen te gaan. (gelasten)

A
d
B
t
C
tt
D
dd

Slide 19 - Quiz

13 Hij heeft te veel tijd aan zijn hobby’s besteed, waardoor hij zijn studie heeft verwaarloos... (verwaarlozen)

A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 20 - Quiz

14 Aan de horizon onderschei ... de stuurman duidelijk twee boortorens. (onderscheiden)

A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 21 - Quiz

15 Bij ons zilveren huwelijksfeest vorig jaar berei...en onze kinderen ons een grote verrassing. (bereiden)

A
d
B
t
C
tt
D
dd

Slide 22 - Quiz

16 Ik geloof niets van wat je me daar vertel... (vertellen)

A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 23 - Quiz

17Het is voor de veiligheid noodzakelijk dat je die contactdoos in de badkamer aar... (aarden).

A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 24 - Quiz

18 Deze computer doet in een uur meer werk, dan vijf mensen vroeger in een week verrich...en. (verrichten)

A
d
B
t
C
tt
D
dd

Slide 25 - Quiz

19 De glassplinter moest zo snel mogelijk uit het oog van het slachtoffer verwijder... worden. (verwijderen)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 26 - Quiz

20 Ik heb je wel wat lang laten wachten, maar ik hoop dat je je niet verveel... hebt. (vervelen)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 27 - Quiz

21 Op mijn vorige school pes...en de kinderen elkaar vaak. (pesten)
A
d
B
t
C
tt
D
dd

Slide 28 - Quiz

22 Het is niet verstandig van hem dat hij zijn dochter zo verwen... (verwennen)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 29 - Quiz

23 Hoewel de brandweer alles deed om de brand te blussen, bran...en het huis en de schuur tot de grond toe af. (afbranden)
A
d
B
t
C
tt
D
dd

Slide 30 - Quiz

24 Als een huis het verkeer in de weg staat, gebeurt het soms dat de gemeente het onteigen...(onteigenen)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 31 - Quiz

25 Ik ben er zeker van dat men je in dit ziekenhuis uitstekend verpleeg... (verplegen)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 32 - Quiz

26 Ik heb veel te lang in de zon gezeten; nu is mijn gezicht helemaal vervel... (vervellen)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 33 - Quiz

27 Doordat het op het perron zo toch...e, heeft ze waarschijnlijk kougevat. (tochten)
A
d
B
t
C
tt
D
dd

Slide 34 - Quiz

28 Het (verrichten) klusje ging goed
A
verrichtte
B
verrichten
C
verrichte
D
verricht

Slide 35 - Quiz

29 Het getuigt niet van een hoogstaand karakter, als men zijn tegenstanders belaster... (belasteren)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 36 - Quiz

30 Onze vroegere buren voe...en hun kinderen indertijd op in een sfeer van vertrouwen. (opvoeden)
A
d
B
t
C
tt
D
dd

Slide 37 - Quiz

31 De reizigers werden overvallen en beroof... van al hun kostbaarheden.
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 38 - Quiz

Slide 39 - Link