H3 Oppervlakte

H3 Oppervlakte
Uitleg 3.1 t/m 3.3 en oefenen
1 / 28
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

H3 Oppervlakte
Uitleg 3.1 t/m 3.3 en oefenen

Slide 1 - Slide

3.1 Oppervlakte rechthoek

Slide 2 - Slide

eenheden gelijk maken
Soms heb je 2 verschillende maten. bijvoorbeeld de oppervlakte een tegel van: 30 cm x 0,5 meter.

Je moet dan eerst de eenheden gelijk maken.

Wat is de oppervlakte in vierkante centimeter?

Slide 3 - Slide

OPPERVLAKTE

Irene heeft een terras van 12 m2.​
Ze wil haar terras betegelen met tegels van 400 cm2.​

Hoeveel tegels heeft Irene nodig?​
Stap 1: Je mag alleen rekenen met gelijke eenheden: zet cm2 om naar m2 (of andersom).
Stap 2: Deel de oppervlakte van het terras door de oppervlakte van 1 tegel.
hulp
1 Besef dat het gaat om Oppervlakte = L x B
2 Maak de eenheden gelijk (bijv. cm2 naar m2)
3 Deel de opp. van het terras door de opp. van 1 tegel
hulp
A
33
B
30
C
300
D
330

Slide 4 - Quiz

3.2 Oppervlakte driehoek
Formule oppervlakte driehoek
 een driehoek is de helft van een rechthoek

Slide 5 - Slide

Oppervlakte driehoek

Slide 6 - Slide

Oppervlakte stomphoekige driehoek

Slide 7 - Slide

Oppervlakte stomphoekige driehoek

Slide 8 - Slide

3.3 Oppervlakte parallellogram
Oppervlakte parallellogram:

Slide 9 - Slide

Oppervlakte parallellogram
oppervlakte parallellogram = zijde x bijbehorende hoogte

Slide 10 - Slide

3.4 Oppervlakte vierhoek door verdelen

Slide 11 - Slide

oppervlakte trapezium

Slide 12 - Slide

Oppervlakte met inlijsten:

1. Teken een rechthoek om het figuur heen
2. nummer de oppervlakte die niet horen bij het 
ingelijste figuur
3. Bereken de oppervlakte van de rechthoek
4. Bereken de genummerde oppervlakte
5. Trek ze van elkaar af
6. geef een conclusie


Slide 13 - Slide

Oppervlakte vierhoek inlijsten
Rechthoek tekenen om de figuur, driehoekjes uitrekenen en eraf halen. 
Opprechthoek=6×3=18cm2
1
2
Opp1=21×4×1=2cm2
2
3
4
1
Opp2=21×2×2=2cm2
Opp3=21×3×1=1,5cm2
Opp4=21×3×2=3cm2

Slide 14 - Slide

Bereken de oppervlakte d.m.v. inlijsten. 
Maak de berekening in je schrift. 

Slide 15 - Slide

Oppervlakte met inlijsten 
- Schrijf de 6 stappen op!

Slide 16 - Slide

pi
3.5 Omtrek en oppervlakte cirkel
Bij het berekenen van de omtrek en oppervlakte van een cirkel hoort het cirkelgetal pi
pi = π ≈ 3,14

Slide 17 - Slide

Cirkel, straal en diameter
-

Slide 18 - Slide

Waar zit pi?  -->  PI = SHIFT+ EXP
Waar zit Pi op de rekenmachine?
PI = SHIFT+ EXP

Slide 19 - Slide

 Omtrek cirkel

Slide 20 - Slide

Oppervlakte cirkel
  • Oppervlakte cirkel = 
  • Oppervlakte cirkel = pi(3,14) * straal * straal 

Slide 21 - Slide

Bereken de omtrek van de figuur hiernaast.
Omtrek cirkel = 3,14 x diameter

Slide 22 - Open question

Bereken de oppervlakte van de cirkel hiernaast

omtrek cirkel = 3,14 x straalxstraal

Slide 23 - Open question

Wat is de omtrek en oppervlakte van de cirkel?
Opp cirkel = 3,14 x straal x straal
Omtrek cirkel = 3,14 x diameter

Slide 24 - Open question

3.6 Oppervlakte ruimtefiguren
  • Oppervlakte ruimtefiguur=
     som van alle oppervlaktes
  • Kubus
  • Balk
  • Piramide                    

Slide 25 - Slide

oppervlakte ruimtefiguur

Slide 26 - Slide

Formules oppervlakte en omtrek

Slide 27 - Slide

Formules oppervlakte vlakke figuren:
Oppervlakte rechthoek =
Oppervlakte vierkant =
Oppervlakte driehoek =
Oppervlakte parallellogram=
Oppervlakte vlakke figuren= 

Slide 28 - Slide