Het oog wordt dichtgeknepen.
Het oog doet pijn en traant soms.
Het slachtoffer kan angstig en onrustig zijn.
Soms is er een bloeding of een vervormde pupil.
Soms kan het slachtoffer minder of niet meer zien (soms wazig, dubbel of vervormd).
Soms ziet het slachtoffer lichtflitsen.
Soms is het ooglid gescheurd.