Nieuwsbegrip A tekst "De eredivisie is begonnen maar anders dan anders"

• Begrijpend lezen
• Basisschool
• Groep 5,6

Nieuwsbegrip  A-tekst - week 38

De eredivisie is begonnen maar anders dan anders

eredivisie

Doel:

--> Ik kan de tekst actief lezen aan de hand van sleutelvragen

--> Ik kan vragen beantwoorden over de tekst 

We lezen samen de tekst

Actief lezen:

--> hardop denken

                                        --> betekenis van woorden opzoeken:

                     - verder of terug lezen

                                      - foto's of illustraties bekijken

                                          - stukjes van het woord bekijken

                   - vragen of opzoeken

1. Waardoor is de eredivisie anders dan anders?

2. Hoe wordt een voetbalclub kampioen van Nederland?

3. Waarom was er geen kampioen in de competitie van 2019-2020?

4. Welke verschillen zijn er tussen de eredivisie voor mannen en de eredivisie voor vrouwen? Noem er 3.

5. Hoe komt het dat de stadions niet vol zijn?

6. Welke regels zijn er voor het publiek in de stadions?

7. Wat mag er volgens de regels niet buiten het stadion, maar wel in de bioscoop?

In het stukje onder "vrouwen eredivisie" staat een reden. Het woord "want" (r. 18) geeft de reden aan. Waar is het een reden voor?

1. Aan de vrouwen eredivisie doen acht clubs mee
2. De competitie voor vrouwen is deze zomer weer sterker geworden
3. Die wedstrijd wordt op zondag gespeeld.
4. Zijn zijn goede voetbalsters die een tijd in het buitenland hebben gespeeld.

In r. 22 staat: "Die wedstrijd is live te zien op Fox Sports." Wat betekent het woord "live"?

1. alleen maar voor fans van voetbal die in het stadion zijn
2. meteen te volgen op radio, televisie of internet
3. terug te kijken op radio, televisie of internet
4. voor mensen die lid zijn van een voetbalclub

Lees r. 26-28 nog een keer. Wat is waar?
1. Mensen die in hetzelfde huis wonen hoeven geen 1,5 meter afstand te houden van elkaar
2. kinderen tot 18 jaar mogen naast elkaar zitten.

1. alleen 1 is waar
2. alleen 2 is waar
3. 1 en 2 zijn allebei niet waar
4. 1 en 2 zijn allebei waar

In r. 36 staat: "Ze kijken daar naar een wedstrijd van hun club." Waarnaar verwijst het woord "daar"?

1. naar "de bioscoop"
2. naar "gezinnen met jonge kinderen"
3. naar "het stadion"
4. naar "tien steden"

Welk kopje past ook bij het stukje tekst onder "in de bioscoop kijken"? Kies het beste antwoord.

1. vooral gezinnen en kinderen
2. geen sfeer
3. wel juichen, niet zingen
4. wel 1,5 afstand, niet klappen