6.2 Kolonisten vertrekken naar Amerika

6.2
Kolonisten vertrekken naar Amerika
1 / 16
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

6.2
Kolonisten vertrekken naar Amerika

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
Leren hoe Europa eruit zag in de zeventiende eeuw.
Leren waarom mensen naar Amerika wilden emigreren.

Slide 2 - Slide

Europa in de zeventiende eeuw
Economie
  • Handelaren en ondernemers worden rijk, adel wordt steeds armer.
  • -->  Boeren moeten meer belasting aan adel betalen.
  • --> Boeren en arbeiders in de steden worden steeds armer.
Religie
  • Godsdienstoorlogen: Tachtigjarige Oorlog tussen Nederland en Spanje tot 1648, Dertigjarige Oorlog in het Heilige Roomse Rijk, burgeroorlogen in Engeland en Frankrijk.

Slide 3 - Slide

Aan de slag!
Lees 6.2.
Markeer onder elk kopje in 6.2 de zinnen die de tekst volgens jou het beste samenvatten.
Maak DAARNA vraag 19, 24, 25, 26 en 27 in je werkboek van 6.2.


timer
10:00

Slide 4 - Slide

Naar Amerika
  • Engelse strenge protestanten (convenanters, quackers en puriteinen) zijn het niet eens met de Engelse kerk.
  • Zij wilden op basis van de Bijbel een nieuwe maatschappij stichten die zich geheel in dienst stelde van God.
  • In 1614 vluchtte een groep puriteinen naar Holland voor de gewetensvrijheid.
  • In 1620 vluchten de puriteinen via Delfshaven naar Amerika.
  • Pilgrim fathers: Engelse puriteinen die vanuit o.a. Nederland naar Amerika trokken om daar een nieuwe maatschappij te stichten.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Aan de slag!
Schrijf een kort dagboekje van een pilgrim father en wat hij meemaakt in Engeland, Nederland en op de Mayflower.
Vertel o.a. waarom je naar Amerika wilt.

Klaar? Werk verder aan opdracht 19, 24, 25, 26 en 27.
timer
10:00

Slide 7 - Slide

In Amerika
  • De Pilgrim fathers stichtten Plymouth Colony met een eigen bestuur op basis van kwaliteiten en eerlijke verdeling. --> vestigingskolonie
  • Door de vrijheid om hun geloof uit te oefenen komen ook Quakers naar Amerika.
  • Hoop op het vinden van goud en zilver, maar vinden alleen landbouwgrond.
  • --> Kolonisten bezitten al snel grote landbouwgronden.
  • Er wordt veel gehandeld met de inheemse bevolking.
  • --> Meer Europeanen komen Amerika koloniseren om rijk te worden.

Slide 8 - Slide

Politiek
  • Eigen maatschappij met bestuur o.b.v. kwaliteiten.


Sociaal
  • Een nieuwe maatschappij stichten zonder de oude sociale verhoudingen.
Economisch
  • Landbouwgrond krijgen.
  • Handel met inheemse bevolking.

Cultureel
  • In vrijheid je eigen geloof kunnen uitoefenen.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Link

Continuïteit en verandering
Vergelijk de vestigingskolonies van de Pilgrim Fathers met de plantagekolonies.
Welke vorm van continuïteit zie je?
  • Overheersing door witte mensen.
  • Slavernij.
Welke vorm van verandering zie je?
  • Vooral politieke en religieuze motieven voor kolonisatie, minder economisch.
  • Mensen komen naar Amerika om daar te wonen en een leven op te bouwen, niet alleen om de plantages te beheren en te handelen.

Slide 12 - Slide

Illustratie van de eerste thanksgiving (1621), geschilderd door J.L.G. Ferris, een Amerikaanse schilder (1863-1931).

Slide 13 - Slide

Bruikbare bron?
Onderzoeksvraag: Hoe zag het contact tussen de Amerikaanse kolonisten en de inheemse bevolking eruit?
Is deze bron betrouwbaar?
Is deze bron bruikbaar?
  • --> Betrouwbaar?
  • --> Representatief?

Slide 14 - Slide

Weet je het nu?
Welke belangrijke godsdienstoorlogen waren er in Europa in de zeventiende eeuw?
  • Tachtigjarige Oorlog en Dertigjarige Oorlog.
Om welke twee redenen wilden de puriteinen naar Amerika?
  • Om vrij hun geloof uit en oefenen + om een nieuwe maatschappij te stichten.
Hoe werden de Europeanen rijk in Amerika?
  • Door landbouw en handel met inheemse bevolking.

Slide 15 - Slide

Aan de slag!
Vul je dagboek aan met een pagina over de pilgrim fathers en hun eerste jaren in Amerika. 
Vertel over het bestuur, landbouw en thanksgiving.

Klaar? Werk verder aan opdracht 19, 24, 25, 26 en 27.

Slide 16 - Slide