§ 5.4 Geld genoeg?

1 / 28
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

§ 5.4 geld genoeg?

Slide 2 - Slide

Herhaling paragraaf 5.3 zijn wij sociaal?

Slide 3 - Slide

Wat weet je nog van de vorige paragraaf 5.3?

Slide 4 - Mind map

Leg het verschil uit tussen een sociale verzekering en een sociale voorziening.

Slide 5 - Open question

Noem de belangrijkste sociale voorziening.

Slide 6 - Mind map

§ 5.4 Geld genoeg?

Slide 7 - Slide

Lesdoelen
In deze les leer je:
  • hoe de overheid de inkomsten en uitgaven onder controle houdt
  • hoe je snel van miljarden naar miljoenen en van miljoenen naar miljarden rekent
  • hoe de rijksoverheid aan inkomsten komt
  • wat voor inkomsten de gemeente heeft


Slide 8 - Slide

Uitgaven en inkomsten van de overheid
Rijksbegroting = verwachte uitgaven en inkomsten van de overheid in het komende jaar.

In de miljoenennota worden de gemaakte keuzes uitgelegd. Doordat de overheid leent, is er een staatsschuld.









Doordat de overheid leent, is er een staatsschuld.




Worden er meer inkomsten dan uitgaven verwacht? Dan is er een begrotingsoverschot.
 

Worden er meer uitgaven dan inkomsten verwacht? Dan is er een begrotingstekort.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Inkomsten van de overheid
De overheid heeft verschillende inkomsten:

Belastingen: leveren de meeste inkomsten op.

Sociale premies: bedoeld voor de uitkeringen van de sociale verzekeringen

Niet-belastingontvangsten: bijvoorbeeld
de winst van overheidsbedrijven boetes
















Slide 11 - Slide

Belastingen
Belastingen kun je in twee groepen verdelen:

Directe belastingen
betaal je rechtstreeks aan de Belastingdienst van de overheid.





















Slide 12 - Slide

Noem een kenmerk van directe belastingen

Slide 13 - Mind map

Belastingen
Belastingen kun je in twee groepen verdelen:

Indirecte belastingen
betaal je met een omweg aan de Belastingdienst van de overheid.



















Slide 14 - Slide

Noem een kenmerk van indirecte belastingen

Slide 15 - Mind map

Geld voor de gemeente
Inkomsten van de gemeente
Het grootste deel: uit het Gemeentefonds van het rijk.

Burgers en bedrijven betalen gemeentelijke belastingen en heffingen voor. Voorbeelden :
  • onroerendezaakbelasting (ozb)
  • rioolheffing
  • afvalstoffenheffing












Slide 16 - Slide

Snel van miljarden naar miljoenen
Als je rekent met de overheidsfinanciën, heb je vaak met miljarden en miljoenen te maken.


Zo reken je snel om van miljarden naar miljoenen:








Slide 17 - Slide

Reken snel van miljarden naar miljoenen. € 17,7 miljard = € .. miljoen

Slide 18 - Open question

Snel van miljoenen naar miljarden
Als je rekent met de overheidsfinanciën, heb je vaak met miljarden en miljoenen te maken.

Zo reken je snel om van miljoenen naar miljarden:













Slide 19 - Slide

Reken snel van miljoenen naar miljarden € 5.250 miljoen = € .. miljard

Slide 20 - Open question

Aan het werk
Maak paragraaf 5.4
Schrijf de antwoorden op in je schrift.

Slide 21 - Slide

Afsluiten

Slide 22 - Slide


Leerdoelen waren voor mij duidelijk.
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll

Weet je wat hoe de overheid de inkomsten en uitgaven onder controle houdt


Ja
Nee
Ik moet hier nog op studeren

Slide 24 - Poll

Weet je hoe je snel van miljarden naar miljoenen en van miljoenen naar miljarden rekent




Ja
Nee
Ik moet hier nog op studeren

Slide 25 - Poll

Weet je hoe de rijksoverheid aan inkomsten komt



Ja
Nee
Ik moet hier nog op studeren

Slide 26 - Poll

Weet je wat voor inkomsten de gemeente heeft


Ja
Nee
Ik moet hier nog op studeren

Slide 27 - Poll

Extra uitleg
Kijk voor meer uitleg de volgende video's

Slide 28 - Slide