2.2 Leven in de Sovjet-Unie

Leven in de Sovjet-Unie
Paragraaf 2.2
Leven in de Sovjet-Unie
Paragraaf 2.2
1 / 20
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Leven in de Sovjet-Unie
Paragraaf 2.2
Leven in de Sovjet-Unie
Paragraaf 2.2

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wie werd tijdens de Februarirevolutie afgezet?

Slide 2 - Open question

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Tsaar Nicholaas 2 en Lenin
Tsaar Nicolaas II had het goed en de bevolking niet;
Februarirevolutie 1917:
  • Tsaar treed af en monarchie verdwijnt;
  • Nieuwe regering werd gevormd met socialisten waaronder de Mensjewieken;
  • Verbeterde de toestand voor de burgers?

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Oktoberrevolutie 1917
Oktoberrevolutie 1917:
  • Fluwelen revolutie;
  • Tijdelijke regering verdwijnt;
  • Bolsjewieken nemen de macht en er komt     een burgeroorlog die tot 1922 duurt.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Video

This item has no instructions

Communisme
Communisme = een sociale, politieke en economische ideologie die is gericht op de oprichting van een klasseloze, staatloze en socialistische samenleving opgebouwd op gemeenschappelijk eigendom van de productiemiddelen, waarbij iedereen produceert naar vermogen en neemt naar behoefte.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Kan communisme werken als staatsidee? (niet persé in Nederland)
Ja
Nee

Slide 8 - Poll

This item has no instructions

Noem een voordeel als Nederland communistisch word?

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Planeconomie
  • Bedrijven mogen niet meer produceren wat zij willen;
  • Overheid bepaald wat en hoeveel geproduceerd moet     worden;
  • Na periode van 5 jaar evaluatie;
  • Ontstaan van kolchozen als onderdeel van de collectivisatie.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Angst en Stalinisme
  • 1924 overlijdt Lenin en Stalin volgt hem op;
  • Paranoïde;
  • Terreur;
  • Showprocessen;
  • 1953 overlijdt Stalin.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Geheime politie
  • Je mocht alleen positief over de Sovjet leider of het communisme zijn;
  • Narkomat Vnoetrennich Del: volkscommissariaat;
  • Tsjeka: bestrijden van contra-revoluties en sabotage;
  • Goelag en Siberië;
  • Totalitaire samenleving: de regering heeft alle macht.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Propaganda in de SU

Slide 14 - Slide

Kijk naar de afbeeldingen, wat valt je op?

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Wat viel je op aan de voorgaande foto's?

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

Persoonsverheerlijking

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions