Ademhalingsstelsel: celademhaling en ademhalingsorganen

Ademhaling



Ademhalingsorganen & celademhaling
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NatuurwetenschappenSecundair onderwijs

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Ademhaling



Ademhalingsorganen & celademhaling

Slide 1 - Slide

Wat moet je doen?
- Volg het leerpad en maak de oefeningen. Deze moeten af zijn tegen maandag, 18 november 2024.
- Zie dia 21: upload deze oefening op Smartschool tegen maandag, 18 november 2024. Deze oefening staat op punten.
- Je kan altijd de extra bronnen raadplegen voor meer uitleg.

Slide 2 - Slide

Wat gaan we vandaag leren?
1. 
Wat zijn de ademhalingsorganen?
2.
Hoe verloopt de celademhaling?
3.
Waarvoor dient de celademhaling?
4.
Wat is het belang van zuurstofgas bij verbranding?

Slide 3 - Slide

Video ballon opblazen
Bekijk de video op de volgende dia. 

De video is in het Engels, maar je moet niet naar de uitleg luisteren. 

Kijk naar de handelingen en beantwoord de vragen.

Slide 4 - Slide

0

Slide 5 - Video

Wat zit er nu in de ballon?
A
Lucht
B
Niets

Slide 6 - Quiz

Lucht is een ...
A
Vaste stof
B
Vloeistof
C
Gas
D
Geen enkel

Slide 7 - Quiz

Beluister

Slide 8 - Slide

Ademhalings-organen

Bekijk de video over de ademhalingsorganen en beantwoord de vragen. 

Neem notities op een apart blad als dit nodig is.

Slide 9 - Slide

2

Slide 10 - Video

00:19
Waarvoor dienen de ribben?
A
Zodat de longen hun vorm behouden.
B
Zodat de longen hun plaats behouden.
C
Ter bescherming van de longen.
D
Ze hebben geen specifieke taak.

Slide 11 - Quiz

00:32
Hoe heet het orgaan dat mede verantwoordelijk is voor het groter of kleiner maken van de borstkas? (zonder lidwoord)

Slide 12 - Open question

Bij het inademen volgt lucht een bepaalde weg. Rangschik de ademhalingsorganen op volgorde.
longen
Neus/mond
Luchtpijp
3
2
1

Slide 13 - Drag question

Kijk naar de tekening en denk na over de volgende vragen:

1) Wat moet de paarse structuur voorstellen?

2) Wat staat er op de voorkant geschreven?

Slide 14 - Slide

Tekening van een cel
Er gebeurt veel in de cellen, het is een beetje gelijkaardig aan een fabriek. Om te werken, hebben ze beide energie nodig.
Verbranding in de cel is het proces waarbij deze energie wordt gemaakt. Energie wordt gebruikt voor alles wat je lichaam doet.
In alle cellen van je lichaam komt verbranding voor, deze verbranding gebeurt in de mitochondriën. Een mitochondrion is de energieproducent van de cel. Deze staat ook op de tekening, kan je het vinden?

Slide 15 - Slide

Hoe heet het proces waarbij energie wordt gemaakt? (zonder lidwoord)

Slide 16 - Open question

Bekijk de tekening van de cel weer. Er staan 'vrachtwagens' buiten de cel die stoffen vervoeren. Welke stoffen worden NAAR de cel vervoerd? Welke stoffen worden WEG van de cel vervoerd?
Afvalstoffen
Gassen
Zuurstofgas
Glucose
Water
Voedingsstoffen
NAAR de cel
WEG van de cel

Slide 17 - Drag question

De verbranding vindt plaats in de mitochondrion. Bekijk de tekening. Welke stof wordt er verbrand?

Slide 18 - Open question

Om de verbranding te laten doorgaan is er een gas nodig. Welk gas?

Slide 19 - Open question

Bij de verbranding komen er 2 gassen vrij.
Welke zijn dit?
A
Koolstofdioxide en zuurstof
B
Koolstofdioxide en zuurstofgas
C
Zuurstofgas en waterdamp
D
Koolstofdioxide en waterdamp

Slide 20 - Quiz

Oefening op punten
Pak de tekening van de celfabriek er weer bij. Leg in eigen woorden uit wat er gebeurt, stap voor stap. Maak deze oefening in word.

Slide 21 - Slide

Proefje
Op het einde van de vorige les hebben jullie in de klas een proefje gezien. In de aanwezigheid van een ouder kan je het proefje zelf uitvoeren als dit nodig of gewild is.

Slide 22 - Slide



Benodigdheden: 
- 2 bokalen
- 2 kaarsen
- een aansteker


Uitvoering:
1) Steek 2 kaarsen aan met de aansteker. 
2) Zet tegelijkertijd op beide ene glazen bokaal. Op de ene een groter bokaal dan op de andere.

Slide 23 - Slide

Onderzoeksvraag

Welke kaars gaat langer blijven branden?

Slide 24 - Slide

Formuleer een hypothese
Houd rekening met de criteria van een goede hypothese:

1) Begin met het herhalen van de onderzoeksvraag.
2) Het is een stelling of bewering die je formuleert op basis van je voorkennis.
3) Het is duidelijk welk experiment wordt uitgevoerd.
4) Er wordt niets uitgelegd, er mag geen verklaring gegeven worden.



Slide 25 - Slide

Waarneming
Wat neem je waar?
Beantwoord deze vraag eerst voor jezelf voordat je naar de volgende dia gaat.

Slide 26 - Slide

Waarneming

De kaars onder de grotere bokaal blijft langer branden.

Slide 27 - Slide

Welk gas heeft een kaars nodig voor de verbranding?

Slide 28 - Open question

Verdieping: waarom versnelt een blaasbalg het verbrandingsproces in een barbecue? Denk aan wat we net gezien hebben.

Slide 29 - Open question

Terugkoppeling leerdoelen
Ik weet nu: 
1) wat de ademhalingsorganen zijn.
2) hoe de celademhaling verloopt.
3) waarvoor de celademhaling dient.
4) wat het belang van zuurstofgas bij verbranding is.

Slide 30 - Slide

Voor meer uitleg over de leerstof kan je de volgende bronnen raadplegen:
Ademhalingsstelsel: https://www.youtube.com/watch?v=2oK4fcbb8n0
Celademhaling: https://www.google.com/search?sca_esv=dc67e9d40e314a2a&sxsrf=ADLYWII4V25mx15Rnz6P4vrJmNGcS_u9KQ:1729884565994&q=celfabriek+uitleg&tbm=vid&source=lnms&fbs=AEQNm0Aa4sjWe7Rqy32pFwRj0UkWd8nbOJfsBGGB5IQQO6L3J_86uWOeqwdnV0yaSF-x2jon2iao6KWCaVjfn7ahz_sfz4kQc-hbvsXJ2gNx0RnV2nl305mvoek0YK94ylYY2a4b3Q-OEwW5lKppi2wujywZWmdIJVp8wrsv_g-eh5sWEDXx8JNpgmjsiKj2mZMvftPlZJZz&sa=X&ved=2ahUKEwjGzLuYoqqJAxV76wIHHVTtH9YQ0pQJegQICxAB&biw=1536&bih=695&dpr=1.25#fpstate=ive&vld=cid:3b7a9cc7,vid:rUZKb7Ldilo,st:0


Slide 31 - Slide