Herhaling spanning en plot

1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Eerste uur

1. Opdracht vijf bespreken (blz. 169). 
2. Herhaling h. 37 Plot en h. 38 motief. 
- Je leert wat de plot is en hoe een schrijver spanning creëert in een verhaal.
- Je leert wat motieven zijn. 

Slide 2 - Slide

Tweede uur:

- vragenrondje
- oefenen met toetsvragen

Slide 3 - Slide

Herhaling spanning en plot
matrixbord

Slide 4 - Slide

H. 37 Plot en h. 38 Motief

Je leert wat de plot is en hoe een schrijver spanning creëert in een verhaal.

Je leert wat motieven zijn. 

Slide 5 - Slide

Wat is spanning (in een verhaal)?

Slide 6 - Open question

springen tussen verhaallijnen
cliffhanger
uitstellen ontknoping
plotwending
wisselen naar het perspectief van een ander personage
het verhaal stoppen op een spannend moment
het verhaal gaat anders dan je verwacht had
pas aan het eind weet je precies wat er gebeurd is

Slide 7 - Drag question

Noem een voorbeeld van een abstract motief.

Slide 8 - Open question

Noem een voorbeeld van een leidmotief.

Slide 9 - Open question

Slide 10 - Slide

Schrijf een korte tekst (ongeveer vijf zinnen) over je weekend. Maak gebruik van spanning in je plot. 

Je kunt kiezen uit:
- springen tussen verhaallijnen
- cliffhanger
- uitstellen ontknoping
- plotwending
timer
10:00

Slide 11 - Slide

Heb je nog vragen over de toetsstof?
Toetsstof:

Grammatica: H. 35 
Fictie: H. 37 en 38
Schrijfvaardigheid: H. 40 en 41
Taalverzorging: H. 42

Slide 12 - Slide

Maak een toets voor een klasgenoot. 
Schrijf de vragen op in je schrift. 

De toets bestaat (minimaal) uit:
- drie R-vragen
- vier T1/T2 vragen
- twee I-vragen

Slide 13 - Slide

1. Beantwoord de toetsvragen van iemand anders. 

2. Kijk samen de antwoorden na. 

Slide 14 - Slide