Hoofdstuk 2 paragraaf 4 voedsel in de verenigde staten

1 / 27
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 35 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Video

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Video

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Video

This item has no instructions

Wat is geen duurzaam voedsel?
A
Lokaal en seizoensgebonden
B
Biologisch en plantaardig
C
onnodig weggegooid of verpakt
D
Bewust voor mens, dier en natuur gemaakt

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Waarom is het niet duurzaam om voedsel uit andere landen te halen?
Het voedsel uit andere landen.....
A
is goedkoop
B
moet van ver komen
C
is niet lekker
D
is duur

Slide 14 - Quiz

Naast water is er ook veel energie nodig om jouw eten te produceren, te verpakken en te transporteren.
Wat is duurzaam voedsel?
A
Voedsel dat nooit bederft
B
Voedsel dat een keurmerk heeft
C
Voedsel dat geproduceerd is met minimale mileu-impact
D
Voedsel dat lokaal geproduceerd is

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Aardbeien eten bij het kerstdiner is een voorbeeld van duurzaam voedsel
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Is er waterstress in Nederland
A
ja
B
weet ik niet
C
twijfel
D
nee

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Is er waterstress in de woestijn?
A
Ja
B
Nee

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Wat is waterstress?
A
Tekort aan water wat er ontstaat, met alle problemen van dien
B
Als je dorst hebt
C
Te koud water

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

De watervoetafdruk van voedsel is:
A
Klein
B
Groot

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Je ecologische voetafdruk en je watervoetafdruk worden kleiner als je
A
veel vliegreizen maakt
B
veel producten eet uit je eigen omgeving
C
je veel kookt op aardgas
D
elke dag een half uur onder de warme douche staat

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

De watervoetafdruk =
A
Al het zoet water dat iemand gebruikt voor huishouden en landbouw- en industrieproducten
B
Het aantal liter water dat jij dagelijks gebruikt
C
Je voetafdruk in het water van de zee
D
Het aantal liter water dat de aarde nodig heeft

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Wat is Earth overshoot day?
A
De dag waarop de aarde stopt met draaien
B
De dag waarop we wereldwijd meer grondstoffen gebruiken dan dat de aarde kan produceren
C
de dag waarop we wereldwijd minder grondstoffen gebruiken dan de aarde kan produceren
D
De dag waarop we wereldwijd meer energie opwekken dan de aarde kan produceren

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Waar zit het meeste onzichtbaar water in?
A
Aardappels
B
Pasta
C
Hamburger
D
Krekels

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Welk begrip past er
bij de afbeelding?
A
Watervoetafdruk
B
Onzichtbaar water
C
Zichtbaar water
D
Waterstress

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Exit Ticket
Hoe goed heb je de les begrepen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll

This item has no instructions

Heb je nog vragen, zijn er onduidelijkheden?

Slide 27 - Open question

This item has no instructions