H5.4 Budgetteren

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

H5 Rondkomen

Paragraaf 4 budgetteren

Wat gaan we komende weken doen?

Paragraaf 1: Inkomsten en uitgaven

Paragraaf 2: Vast of incidenteel

Paragraaf 3: Geen tekorten meer

Paragraaf 4: Budgetteren

Paragraaf 5: Lenen

Vandaag

- Leerdoelen

- Terugblik vorige les

- Voorkennis

- Uitleg 

- Opdrachten maken

- Terugkoppeling

Leerdoelen: deze les leer je hoe je inkomsten en uitgaven op elkaar kunt afstemmen

Terugblik vorige les. 

Budget

1. Bedrag waarvan je bepaald soort uitgaven doet
2. Bedrag voor boodschappen
3. Geld voor een telefoon
4. Eten kopen

Sparen

1. Geld uitgeven
2. Geld opzijleggen
3. Iets kopen
4. Een vergoeding

Rente

1. Een budget
2. Geld opzijleggen
3. Een vergoeding voor het tijdelijk afstaan van geld
4. Bedrag voor uitgaven

Budget

Een budget is een bedrag waarvan je een bepaald soort uitgaven moet doen.

Het budget wordt vastgesteld op basis van je inkomen en uitgaven die je van je budget wil betalen. 

Begroting

Een begroting is een overzicht van inkomsten en uitgaven die je verwacht.

Als er iets verandert in je inkomsten of uitgaven, bijvoorbeeld als je meer loon krijgt of de vaste lasten stijgen, dan ga je opnieuw budgetteren. 

Wat kan ik doen als ik niet uitkom met mijn geld?

Minder geld uitgeven, dit wordt ook wel bezuinigen genoemd. 

Hoe kun je bezuinigen?

• Goedkoper inkopen 
• Minder kopen
• Aankopen uitstellen

Nog vragen over de lesstof? 

Wat ga je nu doen?

Opdrachten H5, paragraaf 4 maken. 
Opdrachten 1 t/m 16. 

Klaar? Dan kun je aan de slag met het huiswerk, dat zijn de opgaven 17 t/m 33. 

Terugblik

Hebben we ons leerdoel bereikt?

Leerdoelen: deze les leer je hoe je inkomsten en uitgaven op elkaar kunt afstemmen.