Democratie 3

• Begrijpend lezen
• Basisschool
• Groep 5,6

Democratie

Politieke partijen

Overeenkomsten tussen de Nederlandse en Duitse democratie

Doe het zo:
- ...............................
- ...............................

Verschillen tussen de Nederlandse en Duitse democratie

.

Wereldoriëntatie

• weet ik welke politieke partijen er zijn en kan ik er een paar noemen
• weet ik wie mogen stemmen
• kan ik uitleggen waarom je moet stemmen

Dit ga je leren

Woordenschat

Na deze les weet ik wat de moeilijke woorden uit de tekst betekenen: 

• Politieke partijen (stemmen, linkse en rechtse partijen, actief, passief, zetels, voorzitter, griffier, spreekgestoelte, interruptiemicrofoons )

Lesdoelen

Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.

Politieke partijen

Politieke partij

-Kies 5 stellingen waar jullie het allemaal mee eens zijn

-Bedenk een naam voor jullie partij

-Maak de poster

-Kies een woordvoerder

De poster

-de standpunten (stellingen) van de partij
-de partijnaam 

-een logo

-een verkiezingsleus

.

Wereldoriëntatie

• welke politieke partijen zijn er?
  
• wie mogen er stemmen?
• waarom je moet stemmen?

Terupkoppeling lesdoelen

Woordenschat

Vertel in het kort wat politieke partijen zijn en hoe dit eruit ziet. Gebruik zo veel mogelijk van de volgende woorden te gebruiken: 

• Politieke partijen (stemmen, linkse en rechtse partijen, actief, passief, zetels, voorzitter, griffier, spreekgestoelte, interruptiemicrofoons )

Heb jij de lesdoelen behaald, vind je?

Lesdoelen

Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.

Politieke partijen aan het woord