Verdeeldheid en onveiligheid

Planning 
Verdeeldheid en onveiligheid
Vikingen
Opdracht Karel de Grote

1 / 10
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Planning 
Verdeeldheid en onveiligheid
Vikingen
Opdracht Karel de Grote

Slide 1 - Slide

Leenstelsel
Karel gaf een hoge edele een gebied in leen om te besturen. De edelman werd een leenman. De koning was zijn leenheer. Dit bestuurssysteem heet het leenstelsel.


De leenman haalde uit het gebied inkomsten, hij zorgde er voor orde en veiligheid en hij leverde militairen aan het leger van de koning.

Slide 2 - Slide

Het leenstelsel
Trouw
Belasting
Vechten

Slide 3 - Slide

Verder verdelen
Na Karels dood zagen de leenmannen in het rijk hun gebied steeds meer als hun bezit. De macht van edelen werd erfelijk: als iets van ouders op kinderen overgaat.

Leenmannen benoemden zelf ook weer leenmannen. Dat leidde tot politieke verdeeldheid en tot oorlogen tussen vorsten en edelen.

Slide 4 - Slide

Het leenstelsel
Trouw
Belasting
Vechten

Slide 5 - Slide

Vikingen
In de 9e en 10e eeuw was er veel onveiligheid door de politieke verdeeldheid en invallen van Vikingen (Germanen uit Scandinavië).

Edelen zorgden met kastelen voor veiligheid.

Slide 6 - Slide

In en om het kasteel
Het huis van een edelman werd nogal eens aangevallen. 
Daarom liet hij om zijn huis een muur en vaak ook een gracht maken. 

Langzaam werd het huis verbouwd tot een kasteel.


Slide 7 - Slide

Het kasteel was niet meer dan een versterkte wachttoren. Hier woonde de leenheer als er gevaar was.
Het gebied buiten het domein bestond uit de grond van de vrije boeren en de woeste gronden zoals bossen.
De vrije boeren moesten tijdens een oorlog wél meevechten met de leenheer. De wapenuitrusting moesten ze dan zelf betalen.
De akkers van de leenheer werden bewerkt door horigen. Er waren akkers waarbij de volledige opbrengst naar de heer ging, en er waren akkers waarbij een deel van de opbrengst voor de horige boeren was.
De grote boerderij (hoeve) is van de leenheer. Hier woonde de leenheer als er geen gevaar was. De opbrengsten van zijn akkers werd in schuren opgeslagen. In woningen naast de boerderij woonden de horige boeren als er gevaar dreigde, zoals oorlog.
Bij het grote boerderij waren stallen voor de dieren en boomgaarden.
Horigen woonden in vredestijd buiten de veilige muren
Het domein was eigendom van de heer die daar met zijn horigen woonde. Het domein was een dorp dat helemaal voor zichzelf kon zorgen, zij hadden dus niemand anders nodig.

Op het domein waren de huizen van hout gemaakt. Het enige gebouw dat van steen gebouwd was, was de kerk. Geloof was voor de mensen in de middeleeuwen namelijk erg belangrijk en ik Europa was bijna iedereen christelijk.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Aan de slag!
Maak de opdracht 5 tm 7

timer
20:00000

Slide 10 - Slide