What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Klas 4 herhaling verbes
1 / 19
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
80 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Qu'est-ce qu'on va faire?
- herhalen I (regelm ww )
en onregelmatige werkwoorden
Slide 2 - Slide
Vous connaissez les verbes?
A
oui, bien sûr
B
un peu, il faut réviser
C
non, j' ai tout oublié
D
on va voir
Slide 3 - Quiz
Welke werkwoorden op -er ken je nog?
Slide 4 - Mind map
Bron I
- herhaling regelmatige ww -er, -ir, -re
- wederkerende ww (-er, -ir, -re)
Slide 5 - Slide
Hoe moest je een regelmatig ww ook alweer vervoegen?
Je haalt van het hele ww -er/-ir/-re af, dat is de
stam
, en plaatst dan de uitgangen achter de stam.
In de volgende slides leer je meer over de uitgangen.
Slide 6 - Slide
De ww -er
Verbind het persoonlijk voornaamwoord aan de juiste uitgang
Slide 7 - Slide
Je
Tu
Il
Elle
On
Nous
Vous
Ils
Elles
-e
-es
-ons
-ez
-ent
-e
-e
-e
-ent
Slide 8 - Drag question
De ww -ir
Verbind het persoonlijk voornaamwoord aan de juiste uitgang
Slide 9 - Slide
Je
Tu
Il
Elle
On
Nous
Vous
Ils
Elles
-is
-it
-issons
-issez
-issent
-is
-it
-it
-issent
Slide 10 - Drag question
De ww -re
Verbind het persoonlijk voornaamwoord aan de juiste uitgang
Slide 11 - Slide
Je
Tu
Il
Elle
On
Nous
Vous
Ils
Elles
-s
-ons
-ez
-
-ent
-s
-
-
-ent
Slide 12 - Drag question
Nog even alles op een 'rijtje'!
ww -er
je ....... e
tu ...... es
il/elle/on ...... e
nous ..... ons
vous ..... ez
ils/elles ..... ent
ww -ir
je ....... is
tu ...... is
il/elle/on ...... it
nous ..... issons
vous ..... issez
ils/elles ..... issent
ww -re
je ....... s
tu ...... s
il/elle/on ......
nous ..... ons
vous ..... ez
ils/elles ..... ent
Slide 13 - Slide
Noteer de "je" vorm in de présent van : aller, faire, avoir, être
Slide 14 - Open question
Noteer de nous vorm van de présent van de werkwoorden vouloir, pouvoir, prendre
Slide 15 - Open question
Welk werkwoord wordt niet met avoir vervoegd?
A
prendre
B
aller
C
pouvoir
D
être
Slide 16 - Quiz
Noteer het voltooid deelwoord, de passé composé vorm van faire, avoir, aller, être, pouvoir, prendre, vouloir
Slide 17 - Open question
Welke zin staat niet in de verleden tijd?
A
Il a fait son travail
B
il faisait son travail
C
on va faire le travail
Slide 18 - Quiz
Welke zin klopt niet in de futur?
A
j' irai
B
vous aurons
C
on sera
D
ils feront
Slide 19 - Quiz
More lessons like this
V3 ch1 bloc I 2122
October 2021
- Lesson with
17 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
H3 ch1 les 6 H3B 1920
October 2019
- Lesson with
18 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H3 ch1 les 5 H3A 1920
October 2019
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H3 ch1 les 6 H3A 1920
October 2019
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H3 ch1 les 2
November 2022
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
H3 chapitre 1 16 oktober
November 2020
- Lesson with
17 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Klas 3 ( verbes en ir-er-re)
November 2022
- Lesson with
32 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
H3 Chapitre 2 les 2
November 2021
- Lesson with
14 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3