1e waarneming in hals van erlenmeyer, direct nadat hij in de vlam komt:
deze stof is ..................................... dus in de brandstof zit de atoomsoort ........
2e waarneming met kalkwater:
bij de verbranding is dus ........................................ ontstaan, dus in de brandstof zit de atoomsoort ......................................
conclusie: in aardgas zitten de atoomsoorten ................ en ................