This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Wijzer! Hoofdstuk 3 samenvatting
Slide 1 - Slide
gewervelde dieren
Dieren kunnen we verdelen in groepen. De dieren die botten in hun lichaam hebben noemen we gewervelde dieren.
De gewervelde dieren kun je indelen in 5 groepen.
Slide 2 - Slide
Amfibieën
Vochtige huid zonder schubben
geboren uit eitje in water
leven eerst in water
gedaantewisseling (kikkervisje -> kikker)
eerst kieuwen dan longen
Leven in de buurt van water als ze groot zijn
koudbloedig
Slide 3 - Slide
Reptielen
Hagedis, slang, salamander, schildpad, krokodil.
leggen eieren
koudbloedig
huid met schubben
leven vaak op zand
Slide 4 - Slide
Gewerveld, koudbloedig, schubben, leeft op het land, ademt door longen, legt eieren.
Wat zijn dit?
A
Amfibieën
B
Reptielen
C
Vogels
D
Vissen
Slide 5 - Quiz
Zet de soortnaam bij het goede dier
Een amfibie leeft onder water en op het land.
Een zoogdierjong drinkt bij de moeder
Een vogel heeft veren
Een reptiel heeft schubben
Een vis heeft kieuwen
Slide 6 - Drag question
Wist je dat.....
Amfibieën
koudbloedige
dieren zijn?
Amfibieën een dunne, gladde huid zonder schubben hebben?
Amfibieën zachte eieren leggen?
en van visjes veranderen in landdieren?
Slide 7 - Slide
Reptielen
- Ze hebben schubben.
- Koudbloedig.
- Longen
- Leggen eieren op het land.
- Leven vooral op het land, maar kunnen ook in het water.
Slide 8 - Slide
Vinnen
De staartvin is de motor. daarmee beweegt de vis vooruit. De andere vinnen zijn vooral om mee te sturen.
Ogen
Wist je dat een vis haar ogen niet dicht kan doen? Een vis heeft geen oogleden.
Kieuwen
Dit zijn de longen van de vis.
Schubben
De huid bestaat uit schubben. Dat zijn kleine, harde plaatjes. Ze liggen als dakpannen over elkaar. Op de schubben ligt ook een laagje slijm. Dat maakt de schubben glad en daardoor kan de vis sneller zwemmen.
Slide 9 - Slide
Gewerveld, koudbloedig, schubben, leeft in het water, kieuwen, legt eieren.