Thema 5: 5.6 en 5,7

THEMA 5
Relaties en seksualiteit
Basisstof 5.6 + 5.7
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

THEMA 5
Relaties en seksualiteit
Basisstof 5.6 + 5.7

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Basisstof 6 Veilig vrijen
Veilig vrijen
Hoe doe je dat?

Slide 2 - Slide

- aan de binnenkant van de baarmoederwand zit slijmvlies met bloedvaten
- een deel van dit dikke slijmvlies met bloed wordt afgebroken
- dit slijmvlies met bloed komt via de vagina naar buiten
- een menstruatie duurt meestal 3 tot 5 dagen
- vanaf de puberteit tot en met de overgang kan een vrouw ongesteld worden
Basisstof 6 Veilig vrijen
Voorbehoedsmiddelen - gaan zwangerschap tegen
Geboorteregeling
een vrouw bepaald of zij een kind wil of niet

Slide 3 - Slide

- aan de binnenkant van de baarmoederwand zit slijmvlies met bloedvaten
- een deel van dit dikke slijmvlies met bloed wordt afgebroken
- dit slijmvlies met bloed komt via de vagina naar buiten
- een menstruatie duurt meestal 3 tot 5 dagen
- vanaf de puberteit tot en met de overgang kan een vrouw ongesteld worden
Basisstof 6 Veilig vrijen
Jezelf beschermen
SOA's / geslachtziekten
ongewenste zwangerschap
SOA = SEKSUEEL OVERDRAAGBARE AANDOENING

Slide 4 - Slide

- aan de binnenkant van de baarmoederwand zit slijmvlies met bloedvaten
- een deel van dit dikke slijmvlies met bloed wordt afgebroken
- dit slijmvlies met bloed komt via de vagina naar buiten
- een menstruatie duurt meestal 3 tot 5 dagen
- vanaf de puberteit tot en met de overgang kan een vrouw ongesteld worden
Basisstof 6 Veilig vrijen
SOA'S - Geslachtsziekten
- via SEKS met een BESMET persoon
CHLAMYDIA - meest voorkomende
AIDS - bekendste

Slide 5 - Slide

- aan de binnenkant van de baarmoederwand zit slijmvlies met bloedvaten
- een deel van dit dikke slijmvlies met bloed wordt afgebroken
- dit slijmvlies met bloed komt via de vagina naar buiten
- een menstruatie duurt meestal 3 tot 5 dagen
- vanaf de puberteit tot en met de overgang kan een vrouw ongesteld worden
AIDS
Als je besmet bent met het aidsvirus (hiv), ben je seropositief. Je kunt dan een ander besmetten.
  

Je kunt besmet raken door:
- Onveilig vrijen
- Contact met besmet bloed
- Bij de geboorte
- Via besmette moedermelk.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

VOORBEHOEDSMIDDELEN
3 MEEST BEKENDE
  1. HET CONDOOM
  2. DE PIL
  3. HET SPIRAALTJE 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

VOOR HET ZINGEN DE KERK UIT
ONBETROUWBARE METHODE
"Voor het zingen de kerk uit"; een man trekt vlak voor de zaadlozing zijn penis terug uit de vagina

Niet betrouwbaar - in voorvocht zit ook ZAADCELLEN
VOOR HET ZINGEN DE KERK UIT

Slide 8 - Slide

- aan de binnenkant van de baarmoederwand zit slijmvlies met bloedvaten
- een deel van dit dikke slijmvlies met bloed wordt afgebroken
- dit slijmvlies met bloed komt via de vagina naar buiten
- een menstruatie duurt meestal 3 tot 5 dagen
- vanaf de puberteit tot en met de overgang kan een vrouw ongesteld worden
PERIODIEKE ONTHOUDING
ONBETROUWBARE METHODE
Periodieke onthouding

Sommige mensen gaan uitrekenen wanneer ongeveer de eisprong moeten zijn
Je weet zelf nooit precies wanneer de eisprong is, dat is per vrouw verschillend

DUS DIT KAN MAKKELIJK FOUT GAAN!!

Slide 9 - Slide

- aan de binnenkant van de baarmoederwand zit slijmvlies met bloedvaten
- een deel van dit dikke slijmvlies met bloed wordt afgebroken
- dit slijmvlies met bloed komt via de vagina naar buiten
- een menstruatie duurt meestal 3 tot 5 dagen
- vanaf de puberteit tot en met de overgang kan een vrouw ongesteld worden
Zwangerschapstest
Een zwangerschapstest meet een hormoon in je urine, die veel wordt aangemaakt in de eerste weken van de zwangerschap. Het kruisje betekent dat de test werkt, het streepje rechts ernaast dat je zwanger bent.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Na onveilige seks
Morning after pil 


Abortus

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

welk voorbehoedsmiddel zie je op het plaatje?
A
vrouwencondoom
B
anticonceptiepil
C
prikpil
D
nuvaring

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

De pil beschermt tegen geslachtsziekten.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

welk voorbehoedsmiddel zie je op het plaatje?
A
vrouwencondoom
B
pessarium
C
spiraaltje
D
nuvaring

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions


Welk voorbehoedsmiddel beschermt
je tegen een SOA?
A
de pil
B
het condoom
C
het spriaal
D
de prikpil

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Op de afbeelding zie je de innesteling, het baarmoederslijmvlies blijft dik en de vrouw zal geen menstruatie meer hebben. Ze is zwanger. Haar baarmoederslijmvlies blijft in totaal ongeveer 42 weken (9 maanden) zo dik. 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Navelstreng
Een baby ontvangt via de placenta die vastzit in de baarmoeder zuurstof en voedingsstoffen van de moeder via een navelstrengader. 

Het kindje geeft afvalstoffen zoals koolstofdioxide via twee navelstrengslagaders terug aan de moeder. 

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Placenta
Na een aantal weken zwangerschap krijgt het embryo voeding en zuurstof van de placenta of moederkoek. De placenta is een orgaan van de baby en zit tegen de baarmoederwand aan. Bloed van de moeder en baby stroomt vlak langs elkaar, zoals je in de afbeelding kunt zien, maar vermengt niet! Het houdt gelukkig een hoop giftige stofjes tegen. 
De baby krijgt voedingsstoffen en zuurstof en geeft afvalstoffen af via de navelstreng. Wel schadelijke stoffen zoals alcohol en nicotine kunnen hier helaas door!

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Vruchtvliezen
Om het embryo liggen twee vruchtvliezen, daarbinnen zit een vloeistof: vruchtwater, waar het embryo in drijft. 
Gelukkig maar, want het vruchtwater beschermt de baby tegen stoten, uitdroging en wisselende temperaturen. De baby kan zich ook goed hierin bewegen.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Geboorte

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

De geboorte (bevalling)
De geboorte (na 40 weken zwangerschap) bestaat uit drie fasen:

1.  de ontsluiting
2. de uitdrijving
3. de nageboorte 

Slide 21 - Slide

This item has no instructions


            verloskundige: Een verloskundige controleert
of de zwangerschap goed gaat en helpt bij de bevalling.
         
          gynaecoloog: Een gynaecoloog is een specialist
voor vrouwen. Hij of zij helpt bij
moeilijke  zwangerschappen.

Kraamverzorgster: Iemand die de eerste week komt helpen bij de verzorging van moeder, baby en de rest van het gezin

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Nu:
Maken  BS 5
blz 111 
Opdracht 45 tm 51
BS 6
Opdracht 55 tm 58

Slide 23 - Slide

This item has no instructions