pV5 Frans 17-04

Frans V5
vendredi
le 17 avril

Bonjour et
bienvenu!





1 / 16
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Frans V5
vendredi
le 17 avril

Bonjour et
bienvenu!





Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Mardi dernier
On a parlé de la GR. A: Différence passé composé et imparfait
On a regardé: Vidéo sur le confinement en maternité dans un hôpital en France.

Aujourd'hui:
On va se parler du planning, des mots de structures, de la prononciation des mots du chapitre 5 et on va essayer
faire un Quizlet live.

Slide 3 - Slide

Le planning:

A  finir cette semaine en ligne: ex. 14, (15), 16, 17, 19 du chapitre 5 Le monde est à nous
Il y a quelques élèves avec du retard! Vous savez qui vous êtes...

Le 24/04 au plus tard vous me rendez ex. 15 (écrire sur votre voyage de rêve) 

Ex. 14 > exercice sur les mots de structures ou les connecteurs logiques (signaalwoorden of scharnierwoorden)

Slide 4 - Slide


Wat is GEEN functie
van signaalwoorden in een tekst?
A
Signaalwoorden helpen de lezer.
B
Signaalwoorden geven de kern van de tekst weer.
C
Signaalwoorden zorgen voor samenhang.
D
Signaalwoorden geven structuur aan een tekst.

Slide 5 - Quiz

Welke Franse signaalwoorden ken jij?

Slide 6 - Mind map

Welke verbanden kunnen signaalwoorden aangeven?

Slide 7 - Open question

Slide 8 - Slide

Welk signaalwoord geeft een tegenstelling aan:
A
bref
B
alors
C
pourtant
D
également

Slide 9 - Quiz

Vertaal het signaalwoord:
Avant d'aller faire du shopping, on a pris un bon petit-déjeuner à l'hôtel.
A
Tijdens
B
Nadat
C
In plaats van
D
Voordat

Slide 10 - Quiz

"C'était un beau voyage, et en plus cela m'a permis d'apprendre sur d'autres cultures."

Wat geeft "en plus" aan:
A
een toevoeging
B
een voorbeeld
C
een opsomming
D
een gevolg

Slide 11 - Quiz

"Finalement, ça s'est très bien passé."
Wat geeft "finalement" aan?
A
een opsomming
B
een conclusie
C
een gevolg
D
een reden

Slide 12 - Quiz

Vul het juiste signaalwoord in:
Le premier jour, on est allé à la plage. ............... on a bu un cocktail dans un bar au bord de la mer.
A
Par exemple
B
Donc
C
Ensuite
D
Car

Slide 13 - Quiz

Probeer bij het schrijven van een vakantie anecdote (ex. 14) en het beschrijven je droomreis (ex. 15) bewust passende signaalwoorden toe te passen, zodat je tekst "rijker" en meer gestructureerd wordt!
Let ook goed op de juiste vormen van de werkwoorden!
Maintenant: On va faire la prononciation du vocabulaire B (à apprendre cette semaine).
Après je vais essayer de faire un Quizlet live 
avec vous.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Link

Y-a-t-il encore des questions?

Slide 16 - Slide