Doe les 2 fantasie landschap

• Handvaardigheid
• Middelbare school
• vmbo lwoo
• Leerjaar 1

Doe! (fantasieland) maken

Vak: Doe

Onderwijsassistent:

• Mevr. Wijnmaalen

Docenten:

• Mevr. Vingerhoets

Aanwezigheidsregistratie

Aanwezigheid zal door de docent aan het begin van de les geregistreerd worden. 

Ben je te laat? ..................................................................

Lesprogramma

• Terugblik
  
• Lesdoelen
• De opdracht; fantasie landschap
• Verrijking 
• Aan de slag
  
• Evalueren

TERUGBLIK

1. Wat hebben we de vorige les gedaan?

2. En hoe ging het? 

3. Waar ga je vandaag mee verder? 

Lesdoelen

1. Aan het eind van deze les weet jij hoe je een fantasie-landschap kan maken.

Les 1: omtrek van rijst 

Les 2: bomen, huizen, rivieren tekenen etc. 

Les 3: kleurpotloden gebruiken

Wat gaan we vandaag doen? 

We gaan verder met een fantasie-landschap. 

Stap 1: Heb je landgrenzen getekend? 

Stap 2: Heb je gebruik gemaakt van meerdere soorten

bomen? 

Stap 3: Heb je bergen getekend? Verschillende hoogtes

en is er ook sneeuw? 

Stap 4: Huizen, moskeeën, dorpen, maak gebruik van 

een hek. 

 

Beoordelingscriteria

Waar word jij op beoordeeld?

1. Naam en klas (klein) rechtsboven op het het blad
2. De omtrek is getekend met gebruik van rijst
3. Bomen, bergen en rivieren zijn zichtbaar
4. Netjes afgewerkt 
   

Stappenplan fantasie-landschap

1. Omtrek Teken: Maak de omtrek van je kaart met een berg van rijst

2. Kies Landvormen: Beslis waar je bergen, bossen, rivieren en meren wilt hebben.

3. Voeg Gebouwen Toe: Je kunt verschillende soorten huizen tekenen, zoals kastelen of boerderijen.

4. Teken Bomen: Voeg bomen toe aan je kaart om bossen en tuinen te creëren.

5. Plaats Bergen: Teken bergen op de kaart waar je ze wilt hebben.

6. Rivieren en Meren: Voeg wateren toe zoals rivieren en meren op de kaart.

7. Details: Voeg extra details toe zoals wegen of paden om je kaart interessanter te maken.

8. Kleur en Afwerking: Kleur je kaart in. 

Aan de slag!

Aan de slag!

Evaluatie en lesplan

Wat ging goed tijdens de les?

Wat kan beter de volgende les?

Denk aan:

Je houding en motivatie

Het lesgeven van de docent