Energieberekeningen

Energierekening
1 keer per jaar afrekening

Meterstand eind van het jaar -
meterstand begin van het jaar

Vermenigvuldigen met de kosten

Vaste heffingen erbij optellen
(heffingen, netwerkkosten, meterkosten)
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Energierekening
1 keer per jaar afrekening

Meterstand eind van het jaar -
meterstand begin van het jaar

Vermenigvuldigen met de kosten

Vaste heffingen erbij optellen
(heffingen, netwerkkosten, meterkosten)

Slide 1 - Slide

Energiemeter / kWh-meter
  • De energiemeter meet het energieverbruik. De bewoner van het huis betaalt voor de energie die verbruikt is. 
  • De eenheid van de energie die apparaten verbruiken is kilowattuur (kWh).

Slide 2 - Slide

Apparaten hebben verschillende stroomsterkten
Veel energieverbruik = grotere stroomsterkte
Verwarmingsapparaten verbruiken veel stroom.

Slide 3 - Slide

Energieverbruik
Het energieverbruik van apparaten kun je berekenen door: 

Energieverbruik = vermogen x tijd
E = P x t
kWh = kW x h

Je hebt dus het vermogen en de tijd dat het apparaat aanstaat nodig.

Slide 4 - Slide

Mark gaat zijn huis isoleren om te besparen op zijn energierekening en schaft isolatiemateriaal aan bij de bouwmarkt. Het verpakkingsmateriaal brengt hij met de auto naar het afvalscheidingsstation.


Welke bewering is juist?
A
De besparing op stookkosten is een positief extern effect voor Mark
B
Het tegengaan van klimaatverandering doordat Mark zijn huis isoleert is een positief extern effect.
C
De kosten die Mark moet maken voor de isolatie zijn een negatief extern effect

Slide 5 - Quiz

Een lampje heeft een vermogen van 100 watt en staat 20 uur aan. 1 kWh kost € 0,25. Hoeveel is de energierekening?
(tip: 1 kW = 1000 W)
A
€ 0,25
B
€ 0,50
C
€ 0,75
D
€ 1,00

Slide 6 - Quiz

Voor welke kosten is de energierekening?
A
voor elektriciteit en gas
B
voor de huur
C
voor het waterschap
D
voor de gemeente

Slide 7 - Quiz

Wat staat er niet op je energierekening?
A
Gas
B
Water
C
Licht
D
Internet

Slide 8 - Quiz

Een KWh-meter meet
A
De elektrische energie verbruikt in huis
B
De power die verbruikt is in het huis

Slide 9 - Quiz

3 kWh is ...
A
30 Wh
B
3000 Wh
C
10,8 kJ
D
10,8 MJ

Slide 10 - Quiz

Wat meet een kWh-meter?
A
kW
B
elektrische energie (J)
C
het bedrag dat je moet betalen voor de elektrische energie die je thuis hebt gebruikt
D
de hoeveelheid Watts

Slide 11 - Quiz

Wat met een kWh-meter?
A
kW
B
elektrische energie (J)
C
het bedrag dat je moet betalen voor de elektrische energie die je thuis hebt gebruikt
D
de hoeveelheid Watts

Slide 12 - Quiz

Sam betaalt € 0,35 per KWh
Hij verbruikt jaarlijks 2255 KWh
Hoeveel bedraagt de energierekening?

Slide 13 - Open question