Les 13 Nederland onder Frans gezag

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Geschiedenis

Introductie

Les 13 Nederland onder Frans gezag

Geschiedenis

Maar eerst even lezen...

Welke oorzaak voor de Franse revolutie is direct en welke is indirect?

Direct

Indirect

Verlichting

Absolutisme

De drie standen

privileges

Het heffen van extra belastingen.

Misoogsten

De oorlogen 

Bestorming 

van de Bastille

Het hofleven 

in Versailles

Ze de volgende gebeurtenissen in de juiste volgorde.

Marie-Antoinette onthoofd!

Napoleon grijpt de macht

Grondwet in Frankrijk

Franse revolutie

Wat wordt er bedoeld met: "de revolutie eet zijn eigen kinderen op?"

Hoe zie je in bron W16 de invloed van Van der Capellen terug?

‘De natuur kent geen meesters en slaven.’

Leg uit wat Van der Capellen bedoelt met onderstaande zin in bron 33.

Leerdoel

Je kunt uitleggen:

• Hoe Lodewijk Napoleon Nederland bestuurde. (smokkelaars, dienstplicht)
  
• Wat het Continentaal stelsel is. 
• Waarom Nederland onderdeel werd van Frankrijk. 

Napoleon

• Generaal Franse leger
• Populair  onder de bevolking
• Bevolking wil rust en vrede
• Napoleon aan de macht
• Nieuwe wetten
• dictatuur......

1795-1801: 

Bataafse Republiek

• Revolutie onder leiding van de Patriotten: zij willen meer rechten en inspraak voor het volk en af van de stadhouder

• De Patriotten krijgen hulp van de Fransen

• Frankrijk bezet Nederland (1795-1813) en erfstadhouder Willem V moet uiteindelijk vluchten naar Engeland

Frankrijk bezet Nederland

1795-1813

• Op verzoek van de Patriotten (= Nederlanders die van de prins van Oranje, af willen) vallen Franse troepen in 1795 De Republiek binnen.
• Nederland wordt de Bataafse Republiek, maar de patriotten hebben maar weinig te zeggen. De Fransen zijn de baas.
• 1798: Nieuwe grondwet in Nederland (meer vrijheid en gelijkheid)

Koninkrijk Nederland

1806-1810

• De broer van Napoleon, Lodewijk Napoleon, wordt in 1806, de eerste koning van Nederland.
• Hij is geliefd in ons land: zo probeerde hij ook Nederlands te praten. 
• Dat was niet altijd makkelijk. Zo noemde hij zichzelf: 'konijn van Olland'

1806: Lodewijk Napoleon wordt koning van
Koninkrijk Holland

Nederland in de Franse Tijd 

Franse wetten golden nu ook in heel  NL.

• Dienstplicht  ingevoerd.
• Hoge belasting en  de handel kwam stil te liggen. 
• Gelijkheid: geen verschil tussen adel en gewone man
• rechtspraak openbaar
• Inschrijven bij de burgerlijke stand
• Wetten over huwelijk en echtscheiding

De Franse tijd

De jaren 1795-1813 staan bekend als de 'Franse tijd' omdat Nederland toen onder sterke Franse invloed stond

Veel vernieuwingen kwam voort uit de verlichting:

• Zoals het metriek stelsel
• De invoering van de dienstplicht
• Het burgerlijk wetboek
• De burgelijke stand

Een gehate vernieuwing waardoor duizenden Nederlanders moesten vechten in het Franse leger. Velen sneuvelden in Rusland. Maar de dienstplicht bleef na de Franse tijd bestaan.

In het burgerlijk wetboek werden gelijke rechten en plichten van alle Nederlanders vastgelegd.

Administratie van gegevens van burgers. Gezinshoofden moesten een familienaam laten registreren. Als ze die niet hadden, moesten ze er een kiezen.

Een systeem van tiendelige getallen, zoals bij de meter, de liter, het gram en bij geld

Continentaal Stelsel

Napoleon kan Engeland niet verslaan. Hij voert daarom het Continentaal Stelsel in. Er mag geen enkel land meer handel drijven met de Engelsen. 

Napoleon

• Lodewijk was te lief voor het volk
• Lodewijk hield zich niet aan het Continentale Stelsel
  
• Napoleon zet zijn broer af in 1810
  
• Nederland  wordt een provincie van Frankrijk
• code civil ook hier 

Deel van Frankrijk

1810-1813

• Napoleon vindt dat zijn broer veel te vriendelijk is voor de Nederlanders, en stuurt hem weg.
• Nederland wordt nu een deel van het Franse Keizerrijk.
• In 1811 brengt hij zijn eerste, en enige, bezoek aan Nederland.

Verbannen naar Elba

Komt terug, krijgt weer een leger, slag bij waterloo

Verbannen naar St. Helena, ging daar dood

De patriotten vonden het niet goed dat de stadhouder zoveel macht had. Zij vonden dat het volk het voor het zeggen moest hebben. En dan niet alleen de regenten, maar het héle volk. Met wie kun je de patriotten daarom wel vergelijken? Kies het juiste antwoord.

1. Met de Franse koning, want hij wilde ook dat het volk meer macht kreeg.
2. Met de Franse derde stand, die in opstand kwam om meer macht te krijgen.
3. Met de edelen uit de middeleeuwen.
4. Met de Franse edelen, die tegen het absolutisme waren.

Na 15 jaar revolutie lijkt er in 1804 niet veel veranderd in Frankrijk. De Fransen hebben voor niets gestreden.

→ Ben jij het eens met deze stelling? Leg je mening duidelijk uit

Tijdens welke van deze vier periodes werd ons land 

de Bataafse Republiek genoemd?

1. Periode 1: de stadhouder, Willem V, heeft de macht.
2. Periode 2: de patriotten hebben de macht, nadat ze de stadhouder verjaagd hebben.
3. Periode 3: Lodewijk Napoleon is koning van ons land, nadat Napoleon de macht van de patriotten afnam.
4. Periode 4: ons land is bezet door de Fransen, nadat Napoleon zijn broer heeft afgezet. Ons land is een provincie van het Franse Rijk.

Tijdens welke van deze vier periodes werd ons land 

de Koninkrijk Holland  genoemd?

1. Periode 1: de stadhouder, Willem V, heeft de macht.
2. Periode 2: de patriotten hebben de macht, nadat ze de stadhouder verjaagd hebben.
3. Periode 3: Lodewijk Napoleon is koning van ons land, nadat Napoleon de macht van de patriotten afnam.
4. Periode 4: ons land is bezet door de Fransen, nadat Napoleon zijn broer heeft afgezet. Ons land is een provincie van het Franse Rijk.

Huiswerk (pak je agenda)

                            

                           
                               
                                   
                                       
       
           
               
       
   
               
                   
                   
                       
                           
   
     
       
 
   
   
   
   
   
   
   
     
       
       
     
   
 

   
   

   
   

   
   

   
       
           
               
 
   
   
   
   
       
           
                Vragen over de vorige les????
           
       
       
   
   
   
 
 
           
       
   

 
 
 
     
   
   
   
     
   
 
                       
                   
               
               
                   
                       
                         Jagers en Verzamelaars
                   
               
               
                     
               
               
                   
                       
                           
                             
                           
                       

                   
               
           
       
   

                                   
                               
                           

                           
                       

Opdrachten 

100 t/m 108, 110 t/m 112, 115 , 117 + 121