kgt Thema 4 - Basisstof 2 Botten

Je kent de delen van het lichaam.
Je kunt in een afbeelding van het skelet de botten benoemen.
Je kunt de functies van het skelet noemen.
Je kunt de bouw van botweefsel en kraakbeenweefsel beschrijven.
Je kunt beschrijven hoe de samenstelling van botten verandert tijdens het leven.
Thema 4, basisstof 2
boek B, bladzijde 16

Biologie
Vanaf bladzijde 17
Opdracht 1 tot en met 8
Doelen behaald?
Vanaf bladzijde 17
Opdracht 1 tot en met 8
1 / 21
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo lwoo, b, kLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Je kent de delen van het lichaam.
Je kunt in een afbeelding van het skelet de botten benoemen.
Je kunt de functies van het skelet noemen.
Je kunt de bouw van botweefsel en kraakbeenweefsel beschrijven.
Je kunt beschrijven hoe de samenstelling van botten verandert tijdens het leven.
Thema 4, basisstof 2
boek B, bladzijde 16

Biologie
Vanaf bladzijde 17
Opdracht 1 tot en met 8
Doelen behaald?
Vanaf bladzijde 17
Opdracht 1 tot en met 8

Slide 1 - Slide

§ 2. De bouw van het bot 

Slide 2 - Slide

Weet je het nog? 
Het skelet bestaat uit beenderen. 
In totaal hebben we 206 beenderen. 

Baby's zo'n 270! 
Waarom?

Slide 3 - Slide

Kleinste bot: Stijgbeugel

Slide 4 - Slide

Waarom hebben we een skelet? Noem 4 functies.

Slide 5 - Open question

Stoffen in botten
Botten bestaan uit lijmstof en kalk. 

Lijmstof zorgt ervoor dat botten een beetje buigzaam zijn.
Kalk zorgt ervoor dat botten stevig en hard zijn. 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Kraakbeen

Kraakbeen bevat veel lijmstof en weinig kalk. Hierdoor is het buigzaam. 
Waar 2 botten tegen elkaar komen, zit ook een laagje kraakbeen.  Waar nog meer?

Slide 8 - Slide

Plekken met veel kraakbeen
  •   In de neus.
  •  Tussen borstbeen en ribben.
  •  Tussen de wervels van de wervelkolom.
  • In de oorschelp.

Slide 9 - Slide

In kraakbeenweefsel liggen de cellen in groepjes bij elkaar in elastische tussencelstof. Deze tussencelstof bestaat vooral uit lijmstof. Daardoor is kraakbeen buigzaam.

Slide 10 - Slide

In botweefsel liggen de cellen in kringen rondom kleine kanaaltjes. Door die kanaaltjes lopen bloedvaten. De botcellen zijn aan elkaar verbonden met uitlopers. De tussencelstof van bot bestaat uit kalk en lijmstof. Daardoor is botweefsel hard en niet buigzaam.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Baby's
Hebben veel lijmstof en weinig kalk in hun botten. Ze breken bijna nooit een bot. Ze zijn ook erg soepel en lenig. 

Bejaarden
Hebben veel kalk en weinig lijmstof in hun botten. Als ze vallen, breken ze snel hun botten. 


Slide 14 - Slide

Fontanellen
De schedelbeenderen van een baby zitten nog niet aan elkaar vast. Tussen de botten van de schedel van een baby zitten ruimten, die gevuld zijn met bindweefsel. Deze ruimten heten fontanellen. Na ongeveer anderhalf jaar zijn de fontanellen dichtgegroeid en is tussen de botten alleen nog een naad te zien.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Welke stof zorgt voor de soepelheid/beweegbaarheid van de botten?
A
Kalkstof
B
lijmstof

Slide 17 - Quiz

welke stof beschermt onze botten tegen slijtage?
A
lijmstof
B
kalk
C
kraakbeen

Slide 18 - Quiz

De beenderen van een kind bevatten meer kalk dan de beenderen van een oudere
A
ja
B
nee

Slide 19 - Quiz

Het skelet van een volwassen mens bestaat uit:
A
500 botten
B
206 botten
C
350 botten
D
150 botten

Slide 20 - Quiz

Met welke stof kun je kalk uit het bot halen?
A
zoutzuur
B
azijn
C
chloor
D
terpentine

Slide 21 - Quiz