5.4 Winkelinrichting

Welkom
Binnen = beginnen
Start lesson up en schrijf op wat je al weet over de
Winkelinrichting
1 / 22
next
Slide 1: Mind map
Economie & OndernemenMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom
Binnen = beginnen
Start lesson up en schrijf op wat je al weet over de
Winkelinrichting

Slide 1 - Mind map

Aan het eind van de les:
  • kun je benoemen wat een winkelindeling is.
  • kun je uitleggen wat brandpunten en eyecatchers zijn.
  • ken je de verschillende composities van een etalage
  • kun je een goed schappenplan maken

Slide 2 - Slide

Winkelinrichting
Verzamelnaam voor alles wat met de inrichting van een winkel te maken heeft.
Een goede winkelinrichting moet aan de volgende eisen voldoen.


1.Klanten moeten de producten weten te vinden (plaats).
2.De producten moeten zo zijn opgesteld dat ze er aantrekkelijk uitzien (presentatie).
3.De producten moeten zo zijn opgesteld dat klanten de producten graag willen kopen (promotie).


Slide 3 - Slide

Winkelinrichting
Verkoopzones

Elke winkel heeft schappen waaruit veel en schappen waaruit weinig wordt verkocht. Je praat dan van verkoopsterke zones en verkoopzwakke zones.
Sterk achter in de winkel
Zwak vooraan in de winkel

Slide 4 - Slide

Winkelinrichting
Schapopstelling
 = De manier waarop de producten in de schappen staan, 

Een goede schapopstelling zorgt ervoor dat klanten producten goed kunnen vinden. Bepaalde productgroepen staan bij elkaar in de buurt en productvarianten staan in hetzelfde schap.

Slide 5 - Slide

Praktische Winkelinrichting
Looppad en routing

Het looppad in een winkel bepaalt welke route de klant moet lopen om bij bepaalde producten te komen. Een winkelier kan kiezen voor lange, korte, brede of smalle looppaden. Die keuze is afhankelijk van het soort winkel en de producten die er worden verkocht..

Slide 6 - Slide

Praktische Winkelinrichting
Schappenplan
= plattegrond waaroop staat op welke plaats de producten moeten staan

Nodig om de winkel goed te kunnen indelen .
Vooral bij winkels waar veel producten worden verkocht is een schappenplan onmisbaar.

Slide 7 - Slide

Eyecatcher 
Trekt meteen de aandacht
Valt op door kleur/ grote


Slide 8 - Slide

Artikelpresentatie
  • Presentatiemeubel -> vitrine, schap, vrieskist, hangrek (vaste artikelpresentatie)

  • Display = uitstraling -> bakken en manden, kopdisplay, kassa (tijdelijke artikelpresentatie)
  1. Massdisplay = opvallende presentatie van een groot aantal artikelen die meestal horen bij een bepaalde actie of thema.
  2. Classdispaly = stijlvolle presentatie van slechts enkele artikelen.

Slide 9 - Slide

Attentiewaarde
De attentiewaarde is de mate waarin de presentatie de aandacht van de klant trekt. 

Door het gebruik van kleuren en het juiste promotiemateriaal kun je de attentiewaarde van de artikelpresentaties verhogen

Slide 10 - Slide

Eyecatchers en brandpunten
Eyecatcher: 
Een ding of objecte in de winkel die meteen opvalt. 
Bijv. een opvallende etalage pop, een presentatie op een tv scherm, een kraamje waar je producten kan proeven.

Brandpunt:
Een artikelpresentatie die extra opvallend is en sterk de aandacht van de klant trekt. Het is belangrijk dat de brandpunten over de winkel zijn verspreid. 
Bijv. een display, op een kopstelling van een schap en bij de kassa.

Slide 11 - Slide

Schappenplan
Loopad 
Schap opstelling
Verkoop zones
Sterke producten achterin
Plattegrond waar de producten staan
Route die de klant loopt
Hoe de producten in het rek staan

Slide 12 - Drag question

Compositie 

Slide 13 - Slide

Styling
Compositie = de manier waarop je en vlak of een ruimte verdeelt​
2 soorten composities;​
  • Tweedimensionale compositie; indeling in een plat vlak​
  • Driedimensionale compositie/3D; Diepte in de compositie​

Slide 14 - Slide

Horizontale compositie 

Slide 15 - Slide

Symmetrische compositie 

Slide 16 - Slide

Diagonale compositie 

Slide 17 - Slide

Centrale compositie 

Slide 18 - Slide

Tweedimensioneel is:
A
Indeling in een plat vak
B
Diepte in de compositie

Slide 19 - Quiz

Deze compositie is een voorbeeld van:
A
Symmetrische compositie
B
Verticale compositie
C
Horizontale compositie
D
Diagonale compositie

Slide 20 - Quiz

1. De opstelling is aan linker- en rechterkant ongelijk.
2. De opstelling is vooral in de breedte opgebouwd.
3. De opstelling heeft schuine lijnen.
4. De opstelling is aan de linker- en rechterkant gelijk.
Etaleurs maken gebruik van composities bij het neerzetten van producten in de etalage. Welke indeling past bij welk type compositie?
Symmetrische compositie
Asymmetrische compositie
Horizontale compositie
Diagonale compositie

Slide 21 - Drag question

Aan de slag
Maak de opgaven op het online platform van tm 5.4

Daarna maak je uit je boekje GOED PLAN blz. 23

Hiervoor heb je nodig: pen, papier, potlood, liniaal, 
rekenmachine en uitgeprint schappenplan

Slide 22 - Slide