De universele Verklaring van de Rechten van de Mens

1 / 17
next
Slide 1: Video
BurgerschapMBOStudiejaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Video

De universele Verklaring van de Rechten van de Mens

Slide 2 - Slide

Terugkijken
Directe democratie


                                                                                            
                                                                                   Indirecte democratie


Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Lesdoelen 
  • Je kan uitleggen wat de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens zijn en waarom deze zijn opgesteld.
  • Je kan mensenrechten toepassen op praktijksituatie en uitleggen waarom deze rechten belangrijk zijn

Samenwerken

Slide 5 - Slide

Werkvorm Utopia
Wat zijn de belangrijkste rechten die ieder mens zou moeten hebben?

Bespreek samen?  ( 5 minuten )
Noteer jullie uitkomsten
Vergelijken/Nabespreken

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

Placemat Utopia
Onder welk recht uit de universele verklaring van de rechten van de mens vallen de rechten die jullie voor Utopia bedacht hebben

Schrijf eerst in je eigen deel ( max 5 minuten)
Schrijf in het midden jullie gezamenlijke conclusie ( Max 5 minuten)
Nabespreken


Slide 8 - Slide

Casus Samira
Samira solliciteert naar een baan als beveiliger. Ze voldoet aan alle eisen en heeft een goede opleiding afgerond. Tijdens het gesprek merkt ze dat de werkgever vragen stelt over haar afkomst en geloof. Uiteindelijk krijgt ze te horen dat ze niet wordt aangenomen, zonder duidelijke reden. Later hoort ze dat iemand met minder ervaring en diploma’s wél is aangenomen.

Slide 9 - Slide

Cassus Samira
In het geding:
Artikel 2 - Recht op non-discriminatie
"Een ieder heeft aanspraak op alle rechten en vrijheden, zonder onderscheid van enige aard, zoals ras, kleur, geslacht, taal, religie, politieke of andere overtuiging."

Slide 10 - Slide

Casus Uitzending
Tijdens een buitenlandse missie krijgt een militair de opdracht om een huis binnen te vallen en alle aanwezigen te arresteren. Een van de personen is een gewonde burger die geen bedreiging vormt. De militair twijfelt of dit bevel wel juist is en vraagt zich af of het uitvoeren ervan in strijd is met mensenrechten.

Slide 11 - Slide

Casus Uitzending
In het geding:
Artikel 5 - Verbod op foltering en onmenselijke behandeling
"Niemand zal worden onderworpen aan foltering of aan wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing."

Slide 12 - Slide

Uitleg
Ja, een militair mag en moet zelfs een bevel weigeren als het in strijd is met mensenrechten of het humanitair oorlogsrecht. Dit is vastgelegd in verschillende internationale en nationale wetten, zoals de Geneefse Conventies, het Internationaal Strafhof (ICC) en de Nederlandse Wet op de militaire strafrechtspraak.

Wanneer mag een militair een bevel weigeren?
Als het bevel in strijd is met mensenrechten of oorlogsrecht (bijvoorbeeld het doden van ongewapende burgers of het martelen van krijgsgevangenen).
Als het een misdrijf betreft volgens het internationaal recht (zoals genocide, oorlogsmisdaden, misdaden tegen de menselijkheid).
Als het niet past binnen de regels van de "rules of engagement" die gelden voor de missie.

Slide 13 - Slide

Lesdoelen 
  • Je kan uitleggen wat de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens zijn en waarom deze zijn opgesteld.
  • Je kan mensenrechten toepassen op praktijksituatie en uitleggen waarom deze rechten belangrijk zijn

Samenwerken

Slide 14 - Slide

Maak een vraag over de lesstof van deze les

Slide 15 - Open question

Geef een voorbeeld van hoe je hebt samengewerkt.

Slide 16 - Open question

Wat vond je van de werkvormen die in deze les gebruikt zijn?

Slide 17 - Open question

More lessons like this