This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Wat wordt er van jullie verwacht?
Doe je jas uit
Pak je spullen op tafel
Je telefoon weg
Ga rustig zitten
timer
2:00
Slide 1 - Slide
2.1 : Organen van dieren
Slide 2 - Slide
De leerdoelen
2.1.1 Je kunt organen benoemen in een torso en in een dwarsdoorsnede van de romp. (de dwarsdoorsnede staat in je opdrachten) 2.1.2 Je kunt organen benoemen in orgaanstelsels van mensen en dieren.
Slide 3 - Slide
De organen van een mens
.
Slide 4 - Slide
Organen
Orgaan is een deel van een organisme dat een bepaalde taak uitvoert.
Vaak werken organen samen aan een bepaalde taak. Zo’n groep samenwerkende organen noem jeeen orgaanstelsel.
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Benoem de orgaanstelsel
Slide 7 - Slide
Organen van dieren
zoogdieren:
dezelfde organen en orgaanstelsels
Slide 8 - Slide
Ook insecten hebben organen en orgaanstelsels
Organen van dieren
Slide 9 - Slide
Wat is een orgaanstelsel?
A
organisme
B
allemaal cellen bij elkaar die een functie hebben
C
organen die samen een functie hebben.
D
weefsel
Slide 10 - Quiz
een orgaan is een deel van een organenstelsel
A
waar
B
niet waar
Slide 11 - Quiz
Het skelet is geen orgaanstelsel
A
niet waar
B
waar
Slide 12 - Quiz
Bij welk organenstelsel hoort dit orgaan?
A
Bloedvatenstelsel
B
Zenuwstelsel
C
Beenderstelsel
D
Spierstelsel
Slide 13 - Quiz
In de afbeelding is een orgaan van een mens getekend. Tot welk organenstelsel behoort dit orgaan?