THEO Les: Mimische spieren deel 3 MBOEL

• Schoonheidsverzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Introduction

Eerste les van de module harsen gezicht en lichaam.

Instructions

De student gaat veel zelfstandig de lesstof herhalen.

Theorie Gezichtsbehandeling Mimische spieren 3

Mimische spieren deel 3

Wist jij dat je lichaam 24 aangezichtsspieren heeft? Daarvan zijn er 19 mimische spieren. Deze spieren spelen allemaal een rol bij je gezichtsuitdrukking. In totaal zijn er vier skeletspieren van het gelaat. Deze spieren moeten goed vastzitten, omdat je voor het kauwen veel spierkracht nodig hebt.

Je kunt deze spieren onderverdelen in mimische spieren en skeletspieren van het gelaat. Alle aangezichtsspieren zijn opgebouwd uit dwarsgestreepte (willekeurige) spieren, net als alle andere skeletspieren.

Een gezichtsmassage heeft invloed op je spieren in het gezicht. Om deze massage goed te kunnen uitvoeren moet je dus weten welke spieren er in het gezicht, de hals en het decolleté voorkomen.

De mimische spieren en skeletspieren van het gelaat hebben verschillende functies. Mimische spieren bepalen je gezichtsuitdrukking. Ze bepalen bijvoorbeeld of je boos, blij of verdrietig kijkt. De skeletspieren van het gelaat heb je nodig voor het kauwen. Aangezichtsspieren spelen dus een rol bij de gezichtsuitdrukking en bij het bewegen van onder andere de mond en de ogen. Ze spelen geen rol bij de aansturing van je zintuigen.

Leerdoel

De student kent de spieren van de kaak en hals.

Herhalen spieren tot  nu toe

Welke spier veroorzaakt verticale rimpels rondom de mond?

1. Mondkringspier
2. Trompetspier
3. Lachspier
4. Mondhoekheffer

Welke taak heeft de mondkringspier?

1. Trekt de mondhoeken naar opzij
2. Spitst de mond en sluit de mond

Verslapping van welke spier kan de neuslippenplooi dieper maken?

1. Bovenlipheffer
2. neusspier
3. slanke neusspier

Welke spier kan een dwarse plooi op de neuswortel geven?

1. Neusspier
2. Bovenlipheffer
3. Slanke neusspier

Spieren kaak en hals

Skeletspieren van het gezicht

Vast aan het bot, zowel de oorsprong als de aanhechting.

Deze spieren moeten goed vastzitten, omdat je bijvoorbeeld voor het kauwen veel spierkracht nodig hebt.

Kauwspieren trekken zich samen door een prikkel van de onderste tak van de drielingzenuw.

Spieren deel 3

- Brede halsspier

- Wangkauwspier

- Slaapkauwspier

- Borstbeen-sleutelbeen-tepelspier

- Tweebuikige onderkaakspier

Wangkauwspier

O: Jukboog

A: Onderkaak bij de kaakhoek

W: Heft onderkaak en kaaksluiter

Werkt samen met slaapkauwspier

Musculus Masseter

Slaapkauwspier

O: Slaapbeen

A: Onderkaak

W: Heft onderkaak en kaaksluiter

Werkt samen met wangkauwspier

Musculus temporalis

Waaiervorminge spier

Brede halsspier

O: Sleutelbeen, ribben en schoudertop

A: Kaakrand en wangen

W: Trekt halshuid omhoog en mondhoeken omlaag

Is mimische spier

Horizontale rimpels in hals

Platysma

Borstbeen – sleutelbeen - tepelspier

O: Borstbeen en sleutelbeen

A: Slaapbeen

W:

- Hoofd naar voren en opzij

- Hulpspier inademing

Is skeletspier

Musculus sternocleidomastoideus

Twee hoofdige spier, 2 oorsprongplaatsen (borstebeen en sleutelbeen)

Tweebuikige onderkaakspier

O: Onderkaak

A: Slaapbeen (via tongbeen)

W: Opent onderkaak

Werkt tegenovergesteld van de slaapkauwspier en wangkauwspier, is kaakopener

Musculus diagstricus

Wat weet je nog van de 

kaak- en halsspieren

Welke spier opent de kaak?

1. Slaapkauwspier
2. Wangkauwspier
3. Tweebuikige kaakspier
4. Kinspier

Welke spier werkt samen met de wangkauwspier?

1. Borstbeen-sleutelbeen-tepelspier
2. Tweebuikige kaakspier
3. Brede halsspier
4. Slaapkauwspier

Hier zie je:

1. wangkauwspier
2. brede halsspier
3. tweebuikige kaakspier
4. slaapkauwspier

Een voorbeeld van een skeletspier van het gelaat is:

1. wangkauwspier
2. mondkringspier
3. brede halsspier

Volgende les: Herhalen zenuwen en spieren & oefentoets

Welk cijfer geef je jezelf voor deze les?

5

7

6

9

8