Je ooglens kun je in verschillende sterktes bollen, accommoderen
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4
This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Je ooglens kun je in verschillende sterktes bollen, accommoderen
Slide 1 - Slide
Wat is de formule voor druk in woorden?
A
Druk =
kracht/ oppervlakte
B
Druk =
oppervlakte / kracht
C
Druk =
kracht x oppervlakte
D
Druk =
oppervlakte x kracht
Slide 2 - Quiz
Bereken de druk van een dame van 70 kg die op naaldhakken loopt en met 1 hak op de grond staat. De naaldhak heeft een oppervlakte van 1 cm2
A
700 N/m2
B
7000000 N/m2
C
0,0007 N/m2
D
7 N/m2
Slide 3 - Quiz
Bereken de druk van een dame van 70 kg die op naaldhakken loopt en met 1 hak op de grond staat. De naaldhak heeft een oppervlakte van 1 cm2 (1cm2 = 1:1000 m2)
A
700N: 1 cm2=700 N/m2
B
700N: 0,01m : 0,01m = 7000.000 N/m2
C
70 kg : 0,0001m2= 700.000 N/m2
Slide 4 - Quiz
Oefenen met tekenen van een beeld gemaakt met een positieve lens
Slide 5 - Slide
Werking oog
Slide 6 - Slide
Het oog
Slide 7 - Slide
Via welk onderdeel van je oog komt het licht in je oog?
A
Iris
B
Pupil
C
Oogwit
Slide 8 - Quiz
Wat is accommoderen?
A
Regelen van de hoeveelheid licht dat in het oog mag komen.
B
Scherpstellen van het oog door de bolling van de ooglens te veranderen.
Slide 9 - Quiz
'Oog'lenzen
deel 2
Slide 10 - Slide
Werking van je oog
Slide 11 - Slide
Een oog in doorsnede
De beeldvorming in het oog
Slide 12 - Slide
Werking van het oog
Slide 13 - Slide
Bijziend, kan goed dichtbij zien (holle lens, -)
(valt voor netvlies dus bijziend)
Slide 14 - Slide
Bijziend
Slide 15 - Slide
Bijziend
De ooglens is buigt licht te sterk (de lens is te bol). Het beeld valt voor het netvlies.
Hierdoor kan je voorwerpen in de verte slecht zien
Je hebt een negatieve lens nodig
Slide 16 - Slide
Hiernaast zie je het oog van iemand die
A
bijziend is.
B
verziend is.
C
blind is.
D
oudziend is.
Slide 17 - Quiz
Verziend, kan goed ver zien
(valt achter het netvlies, dus verziend)
Slide 18 - Slide
Verziend
Slide 19 - Slide
Verziend
De ooglens is te zwak om het licht sterk te buigen. Is niet bol genoeg. Het beeld valt achter het oog
Je kan voorwerpen vlakbij slecht zien
Je hebt een positieve lens nodig
Slide 20 - Slide
Is de persoon die deze bril nodig heeft verziend of bijziend?
A
verziend kan goed in de verte scherp zien
B
bijziend kan goed dichtbij scherp zien
Slide 21 - Quiz
Holle en Bolle lenzen
Een bolle lens zorgt ervoor dat je beter kan zien wanneer je verziend bent.
Een holle lens zorgt ervoor dat je beter kan zien als je bijziend bent.