Spelling blok 5 les 9 pv in vt

Spelling 
blok 5 les 9
1 / 23
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 6

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Spelling 
blok 5 les 9

Slide 1 - Slide

5-woordendictee
.

Slide 2 - Slide

voorkennis activeren
Tafelrondje

Slide 3 - Slide

leerdoel
Ik kan de persoonsvorm in de verleden tijd schrijven.

Rick knipte de ster uit.
Oma en opa betaalden de vakantie.
Ik stopte voor het rode stoplicht.


Slide 4 - Slide

instructie 
.





Wat is het verschil tussen de linker- en rechterrij?





Slide 5 - Slide

instructie 
.









Slide 6 - Slide

instructie 
't kofschip

Slide 7 - Slide

instructie 
.









Slide 8 - Slide

instructie 
fietsen (vt) Het meisje ........................................ naar school.
.

Slide 9 - Slide

instructie 
plakken  (vt) De fietsenmaker ........................................  de band.
.

Slide 10 - Slide

instructie 
gapen  (vt) De kinderen ........................................ tijdens de les.
.

Slide 11 - Slide

samen oefenen
Spellingschrift bladzijde 20 opdracht 2

Slide 12 - Slide

samen oefenen
Pak je chromebook.
Log in.
Ga naar Lesson-Up.

Slide 13 - Slide

rennen (vt)
Jim ..... naar huis.

Slide 14 - Open question

smullen (vt)
De otters ..... van de verse vis.

Slide 15 - Open question

kauwen (vt)
Ik ..... heel lang op het stuk vlees.

Slide 16 - Open question

fietsen (vt)
De wielrenner ..... richting de finish.

Slide 17 - Open question

graaien (vt)
De dieven ..... in de kassa.

Slide 18 - Open question

stoppen (vt)
Ik ..... het geld in mijn portomonnee.

Slide 19 - Open question

samen oefenen
.






Maak  opdracht 2

Klaar?
Ga terug naar je eigen plaats en maak opdracht 4 en 5.

Slide 20 - Slide

zelf oefenen
Maak opdracht 4 en 5.

Zelf nakijken!

Klaar? 
Maak opdracht 6.
Lezen in je leesboek.

Slide 21 - Slide

Lesafsluiting

Ik kan de persoonsvorm in de verleden tijd schrijven.

Hoe goed kan jij dit, vind je?
Schrijf het cijfer op je wisbordje.


Slide 22 - Slide

Lesafsluiting
Pak een kladblaadje. 
Schrijf je naam erop. 
Schrijf de antwoorden op.
Lever het blaadje in bij de juf.

snoepen (vt)   Het meisje .......... de hele dag door.
knuffelen (vt)   De moeder ......... de baby.
niezen (vt) De man .......... in zijn elleboog.

Slide 23 - Slide