2.2 Revolutie in Frankrijk

 Revolutie in Frankrijk
1 / 22
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with text slides and 3 videos.

Items in this lesson

 Revolutie in Frankrijk

Slide 1 - Slide

Leerdoelen:
Zie leerdoelenkaart

Slide 2 - Slide

De Franse Revolutie begint

Slide 3 - Slide

Politieke veranderingen vanaf 1789

Slide 4 - Slide

  • Lodewijk XVI -> geldnood (oa door oorlogen)
  • wil nieuwe belastingen heffen -> Staten-Generaal 
  • Derde stand richt Nationale Vergadering op 
  • Ondertussen: opstand van burgers in Parijs
  • Franse Revolutie begint écht bij bestorming van Bastille (14/07/1789)
  • Daarna: verspreiding over Frankrijk

Slide 5 - Slide

  • De burgers schaften de standenmaatschappij af
  • motto: Liberté, égalité, fraternité (vrijheid, gelijkheid, broederschap)
  • Er kwam een grondwet: iedereen was vrij en gelijk
=> De macht kwam in handen van de burgers
=> Dit is een grote verandering voor iedereen: een revolutie
=> De Franse Revolutie = democratische revolutie

Slide 6 - Slide

  • koning moest zich ook aan grondwet houden => constitutionele monarchie
  • Lodewijk werkt niet goed mee => Fr. wordt republiek
  • Lodewijk wordt ter dood gesteld
  • er volgt periode van Terreur 

Slide 7 - Slide

Frankrijk onder Napoleon

Slide 8 - Slide


Staatsgreep van Napoleon
november 1799



  • Hierdoor eindigt de Franse Revolutie

Slide 9 - Slide


Napoleon wordt dictator
1799-1804



  • Napoleon dwingt het parlement een grondwet aan te nemen waardoor hij dictator kan worden. 
  • In de volksstemming (referendum) stemt bijna iedereen vóór. 
  • Het volk heeft, door zijn overwinningen, alle vertrouwen in Napoleon.

Slide 10 - Slide


Napoleon kroont zichzelf keizer
1804




  • Nu Napoleon de absolute baas is in grote delen van Europa, kroont hij zichzelf tot keizer.

  • Na 15 jaar revolutie lijkt Frankrijk terug bij af: er is weer één man de baas.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

Heerser van Europa

Slide 14 - Slide


Frankrijk verovert omringende landen, ook Nederland




  • Frankrijk maakt republieken van de veroverde gebieden, ook van Nederland.
  • Eigenlijk zwaait Frankrijk de plak (zij hebben het gezag). 

Slide 15 - Slide


Tocht naar Rusland
juni 1812




  • Napoleon had gehoopt dat Rusland een bondgenoot zou zijn. 
  • Dat valt tegen en Napoleon kan maar één ding doen: Rusland aanvallen.
  • Hij verovert Moskou, maar de stad wordt door de Russen zelf in brand gestoken. Napoleon is verbijsterd...

Slide 16 - Slide


Napoleons terugtocht
oktober 1812




  • Rusland wordt zijn ondergang
  • De Russische tactiek én gevreesde winter verwoesten het Grande Armée van Napoleon.
  • Van de 680.000 soldaten, komen er uiteindelijk 40.000 terug in Frankrijk.

Slide 17 - Slide


Slag bij Waterloo
1815




  • Napoleon  wordt  verslagen door o.a. Engeland, Pruisen en de Nederlanden in de Slag bij Waterloo (B). 
  • Napoleon wordt opnieuw verbannen. Nu voorgoed.
  • De rest van zijn leven zal hij doorbrengen op St. Helena (Atlantische Oceaan)

Slide 18 - Slide


Napoleon sterft
1821




Krijgt een praalgraf in Parijs

Slide 19 - Slide

Erfenis van Napoleon
  • Verkeer: rechts rijden

  • Burgerlijke stand: aangifte van geboorte en sterfte (Code Napoléon)

  • Invoering van achternamen

  • Invoering van het metrieke stelsel (meters, kilometers)

  • scheiding van kerk en staat

Slide 20 - Slide

Steen van Rosetta
  • Ontdekt in Egypte
  • Champollion, officier in het leger onder Napoleon
  • de sleutel tot het ontcijferen van het Egyptisch hiërogliefenschrift.  

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video