Theme 7 Grammar much/many

Much & Many
Dit kan je na deze lesson up:
- Je weet wat much & many betekenen.

- Je weet wat telbaar en ontelbaar betekend.

- Je weet wanneer je welke vorm moet gebruiken.
1 / 17
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Much & Many
Dit kan je na deze lesson up:
- Je weet wat much & many betekenen.

- Je weet wat telbaar en ontelbaar betekend.

- Je weet wanneer je welke vorm moet gebruiken.

Slide 1 - Slide

Wat betekenen de woorden
much & many?

Slide 2 - Mind map

Veel
  • much
  • many

Maar wanneer gebruik je dan welke van de 2?

Slide 3 - Slide

Much and many - What's the difference?

Slide 4 - Open question

What is the difference

Many --> voor telbare (countable) woorden

There are many pencils in the classroom.


Much --> voor ontelbare (uncountable) woorden

There is not much water in the desert.


Slide 5 - Slide

Een woord is telbaar (countable) wanneer:
  1. je het kunt tellen (duh!),
  2. je er a of an voor kunt zetten,
  3. het een meervoud heeft.

Slide 6 - Slide

Telbaar
Ontelbaar
Euros
A loaf of bread
Money
Bread
People
a cup of coffee
book
sand
Telephone
information
hour
egg
milk
Time
food
dog
air
coffee

Slide 7 - Drag question

Much or many?
coffee
A
much
B
many

Slide 8 - Quiz

Much or many?
children
A
much
B
many

Slide 9 - Quiz

Much or many?
food
A
much
B
many

Slide 10 - Quiz

Much or many?
tomatoes
A
much
B
many

Slide 11 - Quiz

Much or many?
secrets
A
much
B
many

Slide 12 - Quiz

Much or many?
sugar
A
much
B
many

Slide 13 - Quiz

Much or many?
fun
A
much
B
many

Slide 14 - Quiz

Begrijp je nu wanneer je much of many moet gebruiken?
Ik snap het
Ik snap het nog niet
Ik snap het bijna

Slide 15 - Poll

Wil je extra oefenen?
Klik op de link in de volgende dia.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Link