T3 BS4_Schimmels

Thema 3: schimmels

1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Thema 3: schimmels

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Herhaling 
terugblikken op de vorige lessen! quizz

Slide 2 - Slide

This item has no instructions


Wat zijn voorbeelden van celkenmerken
A
Celkern- Celwand Bladgroenkorrels
B
Plant - Dier - Schimmel
C
cel onder de microscoop en cel met het blote oog te zien
D
Bacterie - Schimmel - Plant - Dier

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Neteldier
Schimmels
Geleedpotigen
Stekelhuidigen
Zaadplanten
Gewervelden
Sporenplant

Slide 4 - Drag question

This item has no instructions

Bij welk rijk kunnen de organismen bladgroenkorrels in de cellen hebben?
Bij het rijk van de
A
bacterie
B
dieren
C
planten
D
schimmel

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

1. Dit rijk heeft geen celwand
2. Dit rijk heeft geen celkern
A
1. Schimmels 2. dieren
B
1. Dieren 2. bacteriën
C
1. Dieren 2. Schimmels
D
1. Schimmels 2. Bacteriën

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Wat is geen rijk ?
A
Planten
B
Bacterien
C
Dieren
D
Gewervelden

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Bouw van schimmels

Schimmels hebben een celwand en een celkern. Dus géén bladgroenkorrels. 

In schimmels kan dus geen fotosynthese plaatsvinden.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Bouw van schimmels

Schimmels hebben lange, dunne draden = schimmeldraden

Deze zien er op je boterham uit als "pluis". Onder een microscoop kan je deze draden goed zien.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Voortplanting van schimmels

Schimmels planten zich meestal voort met sporen = een cel waaruit een nieuwe schimmel kan ontstaan.

Bij sommige schimmels, zoals de penseelschimmel, ontstaan sporen aan de uiteinden van de schimmeldraden.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Voortplanting schimmels

Bij andere schimmels zorgen speciale organen voor het ontstaan van sporen.

Dat zijn paddenstoelen, zoals een vliegenzwam of een aardappelbovist.

Functie van een paddenstoel = voortplanting

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Video

This item has no instructions

Nut en schade
Schimmels voeden zich meestal met de resten van dode organismen

 = nuttig voor de natuur. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Nut en Schade
Nuttig voor mensen:
-  Om voedingsmiddelen te maken (gist in brood)
-  Als voedsel (paddenstoelen)
-  Om geneesmiddelen te maken (antibiotica)

Slide 14 - Slide

Gist: Om brood te laten rijzen. Ook voor bier en wijn wordt gist gebruikt. 

Antibiotica: geneesmiddelen die bacteriën doden. Gemaakt van penseelschimmels.
Nut en schade
Schimmels kunnen ook schadelijk zijn, wanneer ze ons voedsel bederven. 

Ook kunnen ze ziektes veroorzaken zoals ontstekingen (zwemmerseczeem).

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Schimmels bestaan uit schimmeldraden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Wat is géén nuttige toepassing van schimmels
A
Je kunt er eten mee maken en je kunt ze eten
B
Ze worden als geneesmiddel gebruikt
C
Ze helpen om voedsel langer houdbaar te maken
D
Ze ruimen dode resten op

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Wat kan er worden gemaakt met nuttige schimmels?
A
kaas, appelsap, frikadel.
B
medicijnen, bier, kaas.
C
alle schimmels zijn nuttig
D
er zijn geen nuttige schimmels.

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Aan de slag!

-Zelfstandig aan de slag
-Kader:
Basisstof 4, opdracht 1 t/m 8

-GTL: 
Basisstof 5, opdracht 1 t/m 8

Slide 19 - Slide

This item has no instructions