Je meet een radioactieve bron met een gm-teller. Na een minuut geeft de gm-teller een waarde van 780 aan. Je weet dat de achtergrond straling van 60 per minuut is.
Wat is de activiteit van deze radioactieve bron?
Activiteit beschrijft hoeveel instabiele
kernen er per seconde vervallen.
Slide 9 - Slide
Antwoord
Straling van de bron = 780 - 60 = 720 deeltjes per minuut.
Activiteit = deeltjes / seconde
Activiteit = 720 / 60 = 12
Activiteit = 12 Bq
Slide 10 - Slide
Radioactiviteit gaat langzaam weg....
Moederkern
Dochterkern
Straling
Radioactief
NIET
Radioactief
(vaak)
Slide 11 - Slide
Halveringstijd
1 halveringstijd
1 halveringstijd
1 halveringstijd
BINAS 25A
Slide 12 - Slide
Opdracht 1
Een Ni-65 bron bevat 8 miljoen instabiele kernen. Bereken het aantal instabiele kernen na 10 uur.
Slide 13 - Slide
Opdracht 1
Een Ni-65 bron bevat 8 miljoen instabiele kernen. Bereken het aantal instabiele kernen na 10 uur.
BINAS 25A
Slide 14 - Slide
Opdracht 1
Een Ni-65 bron bevat 8 miljoen instabiele kernen. Bereken het aantal instabiele kernen na 10 uur.
Na 2,5 uur: 8 miljoen x 1/2 = 4 miljoen
Na 5,0 uur: 8 miljoen x 1/2 x 1/2 = 2 miljoen
Na 7,5 uur: 8 miljoen x 1/2 x 1/2 x 1/2 = 1 miljoen
Na 10 uur: 8 miljoen x 1/2 x 1/2 x 1/2 x 1/2 = 0,5 miljoen
Slide 15 - Slide
Anders opschrijven...
8 miljoen x 1/2 x 1/2 x 1/2 x 1/2 = 0,5 miljoen
8miljoen⋅(21)4=0,5miljoen
No = instabiele kernen aan het begin
n = aantal halveringstijden
N = overgebleven instabiele kernen
No⋅(21)n=N
Slide 16 - Slide
Opdracht 2
Een Ni-65 bron bevat 8 miljoen instabiele kernen. Bereken de activiteit van de bron in de eerste 10 uur.
Slide 17 - Slide
Opdracht 2
Een Ni-65 bron bevat 8 miljoen instabiele kernen. Bereken de activiteit van de bron
in de eerste 10 uur.
Slide 18 - Slide
Opdracht 2
Een Ni-65 bron bevat 8 miljoen instabiele kernen.
Bereken de activiteit van de bron in de eerste 10 uur.
Activiteit = vervallen kernen per seconde
Activiteit = 7,5 miljoen / (10 x 60 x 60)
Activiteit = 208 Bq = 2,1 x 102 Bq
Slide 19 - Slide
Anders opschrijven...
Activiteit = vervallen kernen per seconde
Activiteit = 7,5 miljoen / (10 x 60 x 60)
Activiteit = 208 Bq = 2 x 102 Bq
Agem=ΔtΔN
Agem = gemiddelde activiteit
N = vervallen kernen
t = tijd in sec
Slide 20 - Slide
Opdracht 42
42 b
42 c
42 f
Bepaal de halveringstijd.
Toon aan dat het percentage dat in een periode van vijf dagen vervalt steeds gelijk is.