Weer&klimaat 2122

Klimaatdiagram
1 / 45
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 45 slides, with text slides and 5 videos.

Items in this lesson

Klimaatdiagram

Slide 1 - Slide

Weer & Klimaat

Slide 2 - Slide

Waar gaan we het over hebben? 
Zon en aarde (B44 seizoenen)
Temperatuurfactoren: breedteligging(B47 t/mB50)
Temperatuurfactoren: hoogteligging(B51 en B52)
Temperatuurfactoren: land en zee( B53 t/m B56)
Neerslagfactoren(B57 t/m B60)
Wind (B61 t/m B64) 
Moesson, orkaan en tornado(B65 t/m B68) 
Weer & klimaat (B69 t/m B72) 
De inhoud van weer & klimaat

Slide 3 - Slide

Zon en aarde (B44 seizoenen)

Slide 4 - Slide

Je kan uitleggen waarom er verschillende seizoenen zijn.

Je hebt verschillende seizoenen, maar waarom zijn er verschillende seizoenen?
Zon en aarde (B44 seizoenen)
Seizoenen uitleg

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Breedtegraden 
Seizoenen
De loodrechte stand van de zon beweegt in de loop van  het jaar dus heen en weer tussen de breedtecirkels van 23,5 graden noorderbreedte (NB) en zuiderbreedte(ZB). 

Daarom noemen we die twee breedtecirkels keerkringen. 

Op het noordelijk halfrond kreeftskeerking en op het zuiderlijk halfrond steenbokskeerkring. 

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Je kan uitleggen hoe de breedteligging invloed heeft op de temperatuur 


Je  hebt verschillende breedtegraden, maar kun je op hoge breedte of lage breedte een hogere temperatuur verwachten? 
Temperatuurfactoren: breedteligging(B47 t/mB50)
Temperatuurfactoren 
Breedteligging en temperatuur
Luchtstreken 
Isothermen 

Slide 9 - Slide

Wanneer is het zomer op het zuiderlijk halfrond? 
Op welke kleur lijn staat de zon in december? 
Seizoenen

Slide 10 - Slide

Temperatuurfactoren: breedteligging(B47 t/mB50)

Slide 11 - Slide

Wiskundige begrenzing
Breedteligging
Lage breedte
Lage breedte vind je zijn de lage breedtegraden, denk dus aan 0 graden(evenaar) tot en met 30 graden noorder/zuiderbreedte. 
Breedteligging en zonne-instraling
Wiskundige begrenzing

Slide 12 - Slide

Je kan vertellen welke twee manieren om luchtstreken te begrenzen zijn er? 


Welke begrenzing zie je hiernaast? 


......... begrenzing
Jawel hoor, thermische begrenzing. 

Lijnen die plaatsen met een gelijke temperatuur met elkaar verbinden, heten isothermen. 

Iso = gelijk
Thermos = warmte 
B50 Isothermen

Slide 13 - Slide

De temperatuurfactoren
Waar is het warmer, op hoge breedte of op lage breedte?
Het is warmer op lage breedte, hier schijnt de zon op een kleiner oppervalk én leggen een kortere weg op door de dampkring. 

Slide 14 - Slide

A
B
Zet bij de letter de juiste begrenzing

Slide 15 - Slide

Je kunt uitleggen hoe isothermen werken. 


Welke boom vormt de kenmerkende boom voor de tropen? 
De grens van de tropen

Slide 16 - Slide

Temperatuurfactoren: hoogteligging(B51 en B52)

Slide 17 - Slide

Je kunt de verschillende hoogtegordels benoemen.


Hoe worden de hoogtegordels onderscheiden? 

Slide 18 - Slide

Je kunt benoemen welke wetmatigheid er is bij hoogteligging. 
 

Welke vijf gordels zijn er? 
Wetmatigheid
Het betekent regel. 

De regel is: hoe hoger je komt, hoe kouder het wordt. 
B 51 Hoogtegordels

Slide 19 - Slide

B 52 Hoogteligging en temperatuur 

Hoe kan het dat het op de bergtop niet warmer is dan aan de voet van de berg? 
B52 Hoogteligging en temperatuur

Slide 20 - Slide

Temperatuurfactoren: land en zee( B53 t/m B56)
Gesteldheid aardoppervlak/ land-zeeverdeling:
Gesteldheid aardoppervlak/ land-zeeverdeling: water koelt minder snel af en warmt minder snel op.

Slide 21 - Slide

Hoeveelheid neerslag
Grens tussen droog en nat gedeelte
Droog gebied
Nat gebied
Aanlandige wind
Aflandige wind
Aanlandige wind

Slide 22 - Slide

Relatie ligging gebergte en temperatuur


Hoe noem je de scheiding tussen klimaten? 
Gebergte kan zorgen voor een scheiding tussen klimaten:
Gebergte kan zorgen voor een scheiding tussen klimaten: klimaatscheiding.
Het gebergte blokkeert dan de aanlandige wind.
B 56 Ligging van gebergten

Slide 23 - Slide

Bekijk de Rocky Mountains; Welke invloed hebben deze gebergten? 

Slide 24 - Slide

Aanlandige wind
Aflandige wind
Aanlandige wind
Bij een aanlandige wind wordt het in de zomer minder warm(verkoeling) en in de winter minder koud. 
Aflandige wind
Bij een aflandige wind wordt het in de zomer warmer en in de winter kouder. 

Slide 25 - Slide

B55 Zeestromen 
Welke zeestroom heeft invloed op de temperatuur in Hammersfest? (Noord Noorwegen)
Hammersfest
De oorzaak van deze 'hoge' temperatuur is de warme zeestroom voor de Noorse kust. 
Golfstroom
De Golfstroom brengt relatief warm zeewater uit de Golf van Mexico. 

relatief= in verhouding met de rest. 

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Link

Slide 28 - Slide

Stuwingsregens
Frontale regens 
Frontale regens
Front betekent bosting

Frontale regens is een otsign van twee luchtsoorten. 
Warme en koude lucht. 

Wetmatigheid(regel) koude lucht is sterker dan warme lucht én dus moet warme lucht omhoog. Een gevolg is dat deze warme lucht opstijgt, afkoelt én condenseert. Gevolg= neerslag

Slide 29 - Slide

Regen in de tropen

Slide 30 - Slide

De Tropen

Slide 31 - Slide

Savanne

Slide 32 - Slide

De Savanne, een overgangsgebied

Slide 33 - Slide

Tropisch regenwoud   -   Savanne                -             Steppe          -                Woestijn
Landschap rond de evenaar:

Slide 34 - Slide

Tropisch regenwoud
Savanne 
Savanne 
Steppe
Steppe
Woestijn
Woestijn

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Video

Moessons

Slide 37 - Slide

Moessons

Slide 38 - Slide

Winter: noordwest moesson
Zomer: zuidoost moesson

Slide 39 - Slide

Moesson
Halfjaarlijks wisselende wind

Droge moesson (noordoost)
Natte moesson (zuidwest)

Slide 40 - Slide

Rond welke breedtegraad ligt Indonesië? 
Zoek waar de Molukken liggen.

Slide 41 - Slide

Orkanen
Wanneer ontstaan orkanen? 

Waarom ontstaan deze dan? 

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Video

Slide 44 - Video

(Dit is geen temperatuurfactor)

Slide 45 - Slide