Introductie + 1. De koning en de prins (deel 1)

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Nieuw thema: Ontstaan van Nederland!

Inhoud van de les

- Planning bespreken laatste periode

- Werkwijze

- Manier van afronden

- Onderwerp v/d les: 'Koning en prins' bespreken

Planning aankomende periode

Week	Les 1	Les 2
19	Paragraaf 1	Paragraaf 1
20	Paragraaf 2	Paragraaf 2
21	Paragraaf 3 (Pinksteren bk1b)	Paragraaf 3
22	Paragraaf 3 (bk1b) Ontwikkeldag KM1a	Paragraaf 4
23	Paragraaf 4	Herhalingsles #1
24	Herhalingsles #2	Toets thema 'ontstaan NL'

Toets op woensdag 16 juni

Werkwijze

- Elke week moeten de opdrachten van die paragraaf afgemaakt worden. 

- Deze opdrachten worden naar jullie gestuurd via e-mail en moeten jullie aan het einde van de week inleveren via Teams.

- Tijdens de les zul je tijd krijgen om aan de opdrachten te werken, maar er zal ook een deel huiswerk tussen zitten.

- Alle opdrachten moeten ingeleverd worden, dit is een voorwaarde voor de toets

Manier van afronden

- Toets (16 juni)

- De leerteksten in het themaboekje (zie mapje 'thema ontstaan Nederland' op Teams) zijn leerstof voor de toets

Tachtigjarige oorlog / Nederlandse Opstand

Het Wilhelmus

Voor als je niet weet wat het Wilhelmus is, misschien komt het filmpje op de volgende slide je wel bekend voor... 

(De mensen in het filmpje zijn geen zangers, let niet op hun zangkunsten)

Ken je andere gelegenheden/gebeurtenissen waarbij ons volkslied wordt afgespeeld?

Het Wilhelmus

- De naam van het volkslied, het Wilhelmus, verwijst naar Willem van Oranje, een hoofdrolspeler aan de kant van Nederland. 

- In de opdrachten ga je kijken of je de tekst kunt ontcijferen, maar nu gaan we kijken naar de gebeurtenis waarover verteld wordt in het Wilhelmus: De Nederlandse Opstand

Het Spaanse Rijk

- Hiernaast zie je het Spaanse Rijk rond 1555. 

- Karel V is koning van dit grote Spaanse Rijk, en daarmee ook koning van wat we nu België en Nederland noemen

Filips II wordt koning van Spanje, na de dood van Karel V

Karel V overleed in 1555

Stadhouders

- Een groot rijk besturen was lastig. 

- Filips II stelde plaatsvervangers aan, zogenaamde stadhouders

- Dit waren hoge edelmannen

- Willem werd in 1559 stadhouder

Waarom stelde Filips II stadhouders aan in andere delen van zijn rijk?

Wie was stadhouder van de Spaanse Nederlanden?

1. Karel V
2. Wilhelmus
3. Filips II
4. Willem van Oranje

Katholieken vs. protestanten

- Willem van Oranje en Filips II waren beide katholiek. 

- Maar in Nederland leefden veel protestanten. Protestanten en katholieken zijn allebei christelijk. 

- Protestanten vinden dat mensen sober moeten leven, dus al die dure schilderijen en beelden hoorden niet in een kerk.

- In 1566 overvielen protestanten katholieke kerken. Ze vernielden er alle beelden en schilderijen (Beeldenstorm)

Filmpje

- In de slide hierna komt een filmpje. Beantwoord de volgende twee vragen tijdens het bekijken van het filmpje (vragen staan op het bord en in de Teams chat)

1. Welk geloof moeten mensen aanhangen in het Spaanse Rijk

2. Wat doet Filips II met mensen die niet geloven wat Filips II wil?

Welk geloof moesten mensen aanhangen in het Spaanse Rijk?

1. Protestantse geloof
2. Katholieke geloof
3. Joode geloof
4. Hoefde helemaal niet

Wat deed Filips II met mensen die protestants waren?

Filips II woest na Beeldenstorm (1566)

- Filips II stuurde een leger naar Nederland, onder leiding van de Spaanse hertog van Alva.

- Alva moest een einde maken de protestantse godsdienst

- Iedere protestant die hij tegenkwam, werd opgepakt en zo nodig vermoord

Tolerantie

• Willem van Oranje was het niet eens met Alva
• Willem vond dat iedereen moest kunnen geloven wat hij of zij wilde
• Willem besloot in Opstand te komen tegen Filips II
• In 1568 viel Willem van Oranje met een leger het Spaanse leger aan. De opstand was uitgebroken en de Tachtigjarige Oorlog was begonnen!

Waarin verschilde Filips II en Willem van Oranje, als je kijkt naar geloof?

Zelfstandig werken

• Huiswerk voor deze week is: opdrachten paragraaf 1 af 
• Daar ga je nu mee aan de slag
• Voor de thuiszitters: je hoeft niet in de vergadering terug te komen