n de DSM-5, het psychiatrisch handboek, wordt gesproken over negen borderline symptomen. De diagnose borderline stoornis kan gesteld worden als je aan minimaal vijf van de negen criteria voldoet en als de problemen gedurende lange tijd aanwezig zijn en veel invloed hebben op je dagelijks functioneren.
Je doet er alles aan om te voorkomen dat iemand u in de steek laat (manipulatie)
Je hebt vaak instabiele en intense relaties
Je hebt terugkerende suïcidale gedachten of je verwondt jezelf (automutilatie)
Je hebt last van sterk wisselende stemmingen.
Je hebt een instabiel zelfbeeld
Je bent op meerdere gebieden erg impulsief. Bijvoorbeeld op het gebied van geld, seks, diefstal, middelengebruik, roekeloos rijden of eetbuien.
Je hebt vaak een ‘leeg gevoel’
Je hebt vaak moeite om je woede te beheersen
Je hebt het gevoel ‘buiten de werkelijkheid’ te staan of je wordt achterdochtig onder invloed van stress
Klachten bij een dissociatieve stoornis zijn bijvoorbeeld:
De wereld om u heen voelt raar, alsof u er niet bij hoort.
Het voelt alsof u uit verschillende personen bestaat.
U vergeet dingen. Ook belangrijke, dagelijkse dingen.
U hoort stemmen in uzelf.
Het kan komen door nare dingen meemaken als kind.
Psychotherapie, medicijnen en EMDR kunnen helpen.
Een dissociatieve stoornis kan overgaan. Of u kunt leren er beter mee om te gaan.
Bij een dissociatie heb je het gevoel dat je los raakt van jezelf, of van je omgeving. Soms weet je niet wat echt is en wat niet