- Je kunt de delen van het gehoorzintuig benoemen en de functies;
- Je kunt beschrijven hoe je oren werken;
- Je kunt uitleggen welke geluiden je kunt horen;
- Je kunt uit een grafiek afleiden wanneer het gaat om een hoge/lage toon en/of om een hard/zacht geluid;
- Je kunt uitleggen hoe de luchtdruk in de trommelholte geregeld wordt.