Barok en classicisme

DEEL 2: CULTUUR IN DE NIEUWE TIJD (ca. 1400-1750)
1. renaissancekunst
2. barok: kunst in dienst van kerk en koning
3. classicisme
Hoofdstuk 2: de kunst
1 / 47
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisSecundair onderwijs

This lesson contains 47 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

DEEL 2: CULTUUR IN DE NIEUWE TIJD (ca. 1400-1750)
1. renaissancekunst
2. barok: kunst in dienst van kerk en koning
3. classicisme
Hoofdstuk 2: de kunst

Slide 1 - Slide

2. De barok

Slide 2 - Slide

Hoe heet de belangrijkste Belgische barokschilder?
A
Pieter Bruegel
B
Jan Van Eyck
C
Pieter Paul Rubens
D
Ruben Paul Peters

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Slide

2.1 Renaissance versus barok

Slide 5 - Slide

Welke verschillen merk je op tussen renaissance en barok (beeldhouwkunst)?

Slide 6 - Open question

renaissance

symmetrie + contrapostbeweging

minder emotie

rustige houding
barok

asymmetrie + schroefbeweging

veel emotie

veel beweging

Slide 7 - Slide

"De kruisiging van Christus",
Antonella da Messina (1475)
"De kruisafneming", Rubens (1611)

Slide 8 - Slide

Welke verschillen merk je op tussen renaissance en barok (schilderkunst)?

Slide 9 - Open question

renaissance

symmetrie 

weinig spelen
 met licht en donker

rust
barok

asymmetrie + diagonaal

groot contrast tussen licht en donker: clair-obscur

veel beweging

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

- symmetrie
- zuilen 
- fronton
p. 78
renaissance               barok
3 GELIJKENISSEN

Slide 12 - Slide

- strak fronton
- geen beelden
- gebroken fronton
- veel beelden
- meer elementen die uitspringen en dieper zijn
p. 78
renaissance               barok
VERSCHIL

Slide 13 - Slide

Lees handboek, D6, lestekst 2.
Beantwoord de vragen in de cursus p. 81-82.

Slide 14 - Slide

Wie was GEEN belangrijke opdrachtgever van de barokkunst?
A
de katholieke kerk
B
de boeren
C
de vorst
D
de steden en rijke burgers

Slide 15 - Quiz

OPDRACHTGEVERS
a) katholieke kerk
San Sebastian 
in Sicilië

Slide 16 - Slide

Sint-Pauls Cathedral
(17de eeuw)

Slide 17 - Slide

Wat wou de kerk via barokkunst bereiken?
A
Christus eren
B
succes van de contrareformatie in de verf zetten
C
aansluiten bij de leefwereld van de gelovigen
D
sympathie van kunstkenners winnen

Slide 18 - Quiz

OPDRACHTGEVERS
a) katholieke kerk
Doel: 
het succes van de 'contrareformatie' in de verf zetten

Slide 19 - Slide

b) de vorst
Doel: de vorst wou zijn macht en rijkdom tonen

Slide 20 - Slide

Welk voorbeeld van de barokbouwkunst zag je net?
A
Binnenplaats van Gentse stadhuis
B
Pauselijke vertrekken in Vaticaan
C
Koninklijk paleis in Laken
D
Versailles in Parijs

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Slide

c) Steden en rijke burgers
> wilden hun rijkdom tonen

Slide 23 - Slide

Welke element uit de renaissance zien we NIET terug in de barokbouwkunst?
A
soberheid
B
zuilen
C
symmetrie
D
frontons

Slide 24 - Quiz

Carolus Borromeuskerk, Antwerpen

Slide 25 - Slide

Ruiterstandbeeld Louis XIV
De extase van de H. Theresa - Bernini

Slide 26 - Slide

Tenhemelopneming Maria - Rubens
De kindermoord - Rubens

Slide 27 - Slide

Val der verdoemden - Rubens

Slide 28 - Slide

In welke thema's specialiseren de barokschilders uit de Noordelijke Nederlanden zich NIET?
A
portretten
B
landschappen
C
stillevens
D
godsdienstige taferelen

Slide 29 - Quiz

"Het melkmeisje"
Johannes Vermeer (1658)

Slide 30 - Slide

"Het melkmeisje"
Johannes Vermeer (1658)
vraag 4, p. 80
Kleine portretten, landschappen en stillevens i.p.v. bombastische schilderijen elders in Europa.



Slide 31 - Slide

Wat was de reden dat men uitsluitend portretten, landschappen en stillevens schilderde?
A
was goedkoper
B
reformatie was tegen versiering van kerken
C
was makkelijker
D
er was al genoeg godsdienstige kunst

Slide 32 - Quiz

"Het melkmeisje"
Johannes Vermeer (1658)
vraag 4, p. 80
Reformatie was tegen heiligenverering en dus tegen versiering van kerken.

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

Waarom werden in de 17de eeuw veel stillevens, portretten en huiselijke taferelen geschilderd?
A
Gebrek aan inspiratie
B
Grote middenklasse die dit kon betalen
C
Schilders konden niets anders schilderen
D
Mensen konden dit zelf doen

Slide 35 - Quiz

"Het melkmeisje"
Johannes Vermeer (1658)
vraag 4, p. 80 (extra)
Er was een grote middenklasse die schilderijen kon betalen.

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Johannes Vermeer: ‘Meisje met de parel’ (1665)

Slide 38 - Slide

3. Het classicisme

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Lees lestekst op p. 130 (handboek) en beantwoord de vragen op p. 81 in de cursus. 
timer
1:00

Slide 41 - Slide

Wat is GEEN kenmerk van het classicisme?
A
woonhuizen en kerken als klassieke tempels
B
sierlijk gepolijste beelden
C
onderwerpen uit de oudheid en de eigen tijd
D
veel humor

Slide 42 - Quiz

vraag 2, p. 102
- soberheid en evenwicht
- strikter aansluiten bij klassieke oudheid
        > woonhuizen en kerken lijken op
           klassieke tempels
        > zuilen hebben vaak dragende functie
- sierlijke gepolijste beelden die glanzen
- verhalen, helden en landschappen uit de oudheid en de eigen tijd
- de REDE: zuivere lijnen en weinig emotie

Slide 43 - Slide

Capitool in Washington,
eind 18de eeuw

Slide 44 - Slide

Arc de triomphe du Carrousel, Parijs (1807)

Slide 45 - Slide

Madeleinekerk in Parijs (18de eeuw)

Slide 46 - Slide

Slide 47 - Slide